Uit
hetgeen voorafgaat vloeit voort dat artikel 20 van de wet van 11 april 1995, in die zin geïnterpreteerd dat het niet van toepassing zou zijn op de sociaal verzekerde rechthebbende aan wie een tegemoetkoming aan personen met een handicap wordt uitbetaald ter uitvoering van een uitvoerbare rechterlijke beslissing waarbij een ambtsha
lve administratieve herziening door het Bestuur van de Maatschappelijke Integratie teniet wordt gedaan en waarbij een hogere tegemoetkoming wordt toegekend, niet bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 v
...[+++]an de Grondwet.
Aus den vorstehenden Erwägungen ist zu schlussfolgern, dass Artikel 20 des Gesetzes vom 11. April 1995, dahingehend ausgelegt, dass er nicht anwendbar wäre auf die anspruchsberechtigten Sozialversicherten, denen eine Behindertenbeihilfe in Ausführung einer vollstreckbaren gerichtlichen Entscheidung bezahlt wird, mit der die von Amts wegen erfolgte administrative Revision durch die Verwaltung der Sozialeingliederung für nichtig erklärt und eine höhere Beihilfe gewährt wird, nicht mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar ist.