Zij herinnert eraan dat de Raad er bij Turkije op heeft aangedrongen dat elke soort bedreiging, bron van wrijving of maatregel die afbreuk kan doen aan de betrekkingen van goed nabuurschap of de vreedzame regeling van geschillen kan bemoeilijken, wordt vermeden.
Sie erinnert daran, dass der Rat die Türkei eindringlich aufgerufen hat, alle Drohungen, Irritationen oder Handlungen, welche die gutnachbarlichen Beziehungen und die friedliche Beilegung von Grenzstreitigkeiten beeinträchtigen könnten, zu unterlassen.