Wat de administratieve geldboeten betreft, wordt in de tekst gepreciseerd dat « er geen kennelijke wanverhouding [mag] bestaan tussen de feiten die aan de administratieve geldboete ten grondslag liggen, en de boete die op grond van die feiten wordt opgelegd » (artikel 102bis, § 3, van de Vlaamse Wooncode, ingevoegd bij artikel 14 van het bestreden decreet).
In Bezug auf die administrativen Geldbussen wird in dem Text präzisiert, dass « kein offensichtliches Missverhältnis zwischen den Handlungen, die der administrativen Geldbusse zugrunde liegen, und der aufgrund dieser Handlungen auferlegten Geldbusse bestehen » darf (Artikel 102bis § 3 des flämischen Wohngesetzbuches, eingefügt durch Artikel 14 des angefochtenen Dekrets).