Uit de motivering van de verwijzingsbeslissing en de bewoordingen van de prejudiciële vraag blijkt dat het Hof wordt ondervraagd over het verschil in behandeling dat door de in het geding zijnde bepaling zou zijn ingevoerd tussen twee groepen van ouderen die wettig in België verblijven : enerzijds, de in het bevolkingsregister ingeschreven ouderen van vreemde nationaliteit die niet behoren tot een van de categorieën die in de in het geding zijnde bepaling zijn opgesomd en, anderzijds, de personen die behoren tot een van de zes categorieën die in de in het geding zijnde bepaling worden beoogd.
Aus der Begründung der Verweisungsentscheidung und dem Wortlaut der präjudiziellen Frage geht hervor, dass der Hof zu dem Behandlungsunterschied befragt wird, den die fragliche Bestimmung zwischen zwei Gruppen von Betagten, die sich legal in Belgien aufhalten, einführen würde: einerseits denjenigen mit ausländischer Staatsangehörigkeit, die im Bevölkerungsregister eingetragen seien und nicht zu einer der in der in der fraglichen Bestimmung aufgezählten Kategorien gehörten, und andererseits den Personen, die zu einer der sechs Kategorien im Sinne der fraglichen Bestimmung gehörten.