– onder verwijzing naar zijn resolut
ies van 17 december 1992 over de door antipersoonsmijnen veroorzaakte schade , van 29 juni 1995 over landmijnen en blindheid veroorzakende laserwapens alsmede over antipersoonsmijnen: een moordende belemmering voor ontwikkeling , van 18 december 1997 over het Verdrag van 1997 over het
verbod op en de vernietiging van antipersonenmijnen , van 25 oktober 2000 over de bestrijding van antipersoneelmijnen , van 6 september 2001 over acties om te bevorderen dat niet op staatsniveau opererende actoren zich
verplichte ...[+++]n tot een totaal verbod op antipersoonsmijnen , en van 13 februari 2003 over de schadelijke gevolgen van niet-geëxplodeerd oorlogsmateriaal (landmijnen en clustermunitie) en verarmd uranium bevattende munitie ,– unter Hinweis auf seine Entschließunge
n vom 17. Dezember 1992 zu den verheerenden Schäden durch Minen , vom 29. Juni 1995 zu Landminen und Laserwaffen mit Blendwirkung und zu Schützenabwehrminen: ein mörderisches Entwicklungshindernis , vom 18. Dezember 1997 zu dem Übereinkommen von 1997 über das Verbot und die Zerstörung von Landminen , vom 25. Oktober 2000 zu Antipersonenminen , vom 6. September 2001 zu Maßnahmen zur Förderung einer Verpflichtung nichtstaatlicher Akteure zur vollständigen Ächtung von Antipersonenminen und vom 13. Februar 2003 zu den schädlichen Auswirkungen nicht zur Wirkung gelangter Kampfmittel (Landminen und
...[+++] Streumunition) und abgereichertes Uran enthaltender Munition ,