U
it de motieven van de verwijzingsbeslissingen blijkt dat de verwijzende rechter het Hof ondervraagt over de gevolgen van het overschrijden van de termijn van zes maanden en veertien dagen voor het voltrekken van het huwelijk bedoeld in artikel 165, § 3, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, voor de behandeling van het
beroep dat tegen de beslissing tot weigering is ingesteld, krachtens artikel 167, laatste lid, van hetzelfde Wetboek, en voor de behandeling van het verzoek om een verlenging van de termijn van zes maanden bedoeld in artikel 165, § 3, twe
...[+++]ede lid, van hetzelfde Wetboek wanneer de voltrekking van het huwelijk wordt uitgesteld krachtens artikel 167, tweede lid, van hetzelfde Wetboek.