Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Arrest
Arrest HvJ EG
Arrest dat niet vatbaar is voor verzet
Arrest van het Hof
Arrest van het Hof
Arrest van het Hof EG
Arrest van het Hof van Justitie
Arrest van het Hof van Justitie
Arrest van het Hof van Justitie EG
Arrest waartegen geen verzet openstaat
Bij wijze van prejudiciële beslissing gewezen arrest
Gezag van het gewijsde
Het arrest van het Hof van Justitie
Prejudicieel arrest
Rechterlijke uitspraak
Tenuitvoerlegging van een arrest
Tenuitvoerlegging van het vonnis
Uitspraak van het Hof
Vonnis
Werking van het vonnis
Wijze van tenuitvoerlegging

Vertaling van "uit het tubacex-arrest " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE
arrest van het Hof (EU) [ arrest HvJ EG | arrest van het Hof EG | arrest van het Hof van Justitie (EU) | arrest van het Hof van Justitie EG ]

Urteil des Gerichtshofs (EU) [ Urteil des Europäischen Gerichtshofs | Urteil des Gerichtshofs EG | Urteil EuGH ]


arrest | arrest van het Hof | arrest van het Hof van Justitie | het arrest van het Hof van Justitie

Urteil | Urteil des Gerichtshofs | Urteil des Gerichtshofs der Europäischen Union


bij wijze van prejudiciële beslissing gewezen arrest | prejudicieel arrest

Vorabentscheidung | Vorabentscheidungsurteil


arrest dat niet vatbaar is voor verzet | arrest waartegen geen verzet openstaat

Urteil,gegen das weiterer Einspruch nicht zulässig ist


vonnis [ arrest | rechterlijke uitspraak | uitspraak van het Hof ]

Urteil [ Gerichtsurteil | richterliche Verfügung | Urteilsspruch ]


tenuitvoerlegging van het vonnis [ gezag van het gewijsde | tenuitvoerlegging van een arrest | werking van het vonnis | wijze van tenuitvoerlegging ]

Urteilsvollstreckung [ Urteilswirkung | Vollstreckungsweg ]
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Uit die rechtspraak, inzonderheid uit het voormelde arrest van 19 juni 2015, blijkt dat, in het kader van de rechtstreekse vordering van de openbare werkgever op grond van de artikelen 1382 en 1383 van het Burgerlijk Wetboek, die met zijn subrogatoire vordering kan worden gecumuleerd, enkel de betalingen die zijn verricht zonder van de normale tegenprestatie van arbeid te genieten, vergoedbare schade kunnen uitmaken.

Aus dieser Rechtsprechung, insbesondere aus dem vorerwähnten Entscheid vom 19. Juni 2015, ergibt sich, dass im Rahmen der direkten Klage des öffentlichen Arbeitgebers auf der Grundlage der Artikel 1382 und 1383 des Zivilgesetzbuches, die gleichzeitig mit der übergegangenen Regressforderung ausgeübt werden kann, nur die Zahlungen, die getätigt werden ohne im Gegenzug Arbeitsleistungen zu erhalten, einen entschädigungsfähigen Schaden darstellen können.


[15] Zaak C-438/99, arrest van 4 oktober 2001; zaak C-109/00, arrest van 4 oktober 2001; zaak C-379/99, arrest van 9 oktober 2001; zaak C-366/99, arrest van 29 november 2001; zaak C-206/00, arrest van 13 december 2001.

[15] Rechtssache C-438/99, Urteil vom 4. Oktober 2001; Rechtssache C-109/00, Urteil vom 4. Oktober 2001; Rechtssache C-379/99, Urteil vom 9. Oktober 2001; Rechtssache C-366/99, Urteil vom 29. November 2001; Rechtssache C-206/00, Urteil vom 13. Dezember 2001.


Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de rechters L. Lavrysen, A. Alen, T. MerckxVan Goey, F. Daoût en T. Giet, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging Bij arrest van 8 juni 2015 in zake de bvba « WP-Services » tegen Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 11 juni 2015, heeft het Arbeidshof te G ...[+++]

Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten E. De Groot und J. Spreutels, und den Richtern L. Lavrysen, A. Alen, T. Merckx-Van Goey, F. Daoût und T. Giet, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfragen und Verfahren In seinem Entscheid vom 8. Juni 2015 in Sachen der « WP-Services » PGmbH gegen das Landesamt für soziale Sicherheit, dessen Ausfertigung am 11. Juni 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Arbeitsgerichtshof Gent folgende Vorabents ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 11 juni 2015 in zake het Vlaamse Gewest tegen Tony Sneijers, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 juni 2015, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Maakt artikel 51 van de wet van 16 september 1807 betreffende de drooglegging van de moerassen waarvan de Franse tekst ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Entscheid vom 11. Juni 2015 in Sachen der Flämischen Region gegen Tony Sneijers, dessen Ausfertigung am 22. Juni 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Antwerpen folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 51 des Gesetzes vom 16. September 1807 über die Sumpftrockenlegung - ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Uittreksel uit arrest nr. 104/2016 van 30 juni 2016 Rolnummer : 6383 In zake : het beroep tot vernietiging van een arrest van het Hof van Beroep te Antwerpen en tot interpretatie van artikel 39, § 2, 2°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, ingesteld door Charles Rieter en Maria Ploegmakers.

Auszug aus dem Entscheid Nr. 104/2016 vom 30. Juni 2016 Geschäftsverzeichnisnummer 6383 In Sachen: Klage auf Nichtigerklärung eines Entscheids des Appellationshofes Antwerpen und auf Auslegung von Artikel 39 § 2 Nr. 2 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, erhoben von Charles Rieter und Maria Ploegmakers.


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 12 mei 2015 in zake S. V. D. en E.P. tegen A.L., G.G. en D.V., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 juni 2015, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 235bis, § 6, Wetboek van ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Entscheid vom 12. Mai 2015 in Sachen S. V. D. und E.P. gegen A. L., G.G. und D.V., dessen Ausfertigung am 5. Juni 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Kassationshof folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 235bis § 6 des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung ...[+++]


Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de rechters A. Alen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 4 februari 2015 in zake Marianne Paelinck tegen de Dienst voor de bijzondere socialezekerheidsstelsels, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 12 februari 2015, heeft het Arbei ...[+++]

Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten E. De Groot und J. Spreutels, und den Richtern A. Alen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Entscheid vom 4. Februar 2015 in Sachen Marianne Paelinck gegen das Amt für die Sonderregelungen der sozialen Sicherheit, dessen Ausfertigung am 12. Februar 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Arbeitsgerichtshof Antwerpe ...[+++]


Volgens eveneens vaste rechtspraak verschillen de criteria ter beoordeling van het onderscheidend vermogen van driedimensionale merken bestaande in de verschijningsvorm van de waar zelf, niet van die welke voor andere categorieën van merken gelden (zie onder meer arrest Mag Instrument/BHIM, reeds aangehaald, punt 30; arrest van 12 januari 2006, Deutsche SiSi-Werke/BHIM, C‑173/04 P, Jurispr. blz. I‑551, punt 27; arrest Storck/BHIM, reeds aangehaald, punt 26, en arrest van 4 oktober 2007, Henkel/BHIM, C‑144/06 P, Jurispr. blz. I‑8109, punt 36).

Nach ebenfalls ständiger Rechtsprechung sind die Kriterien für die Beurteilung der Unterscheidungskraft dreidimensionaler Marken, die aus dem Erscheinungsbild der Ware selbst bestehen, keine anderen als die für andere Kategorien von Marken geltenden (vgl. u. a. Urteile Mag Instrument/HABM, Randnr. 30, vom 12. Januar 2006, Deutsche SiSi-Werke/HABM, C‑173/04 P, Slg. 2006, I‑551, Randnr. 27, Storck/HABM, Randnr. 26, und vom 4. Oktober 2007, Henkel/HABM, C‑144/06 P, Slg. 2007, I‑8109, Randnr. 36).


Dit onderscheidend vermogen moet enerzijds worden beoordeeld met betrekking tot de waren of diensten waarvoor de inschrijving is aangevraagd, en anderzijds met betrekking tot de perceptie ervan door het relevante publiek (zie onder meer arrest Henkel/BHIM, reeds aangehaald, punt 35; arrest van 22 juni 2006, Storck/BHIM, C‑25/05 P, Jurispr. blz. I‑5719, punt 25, en arrest Develey/BHIM, reeds aangehaald, punt 79).

Die Unterscheidungskraft einer Marke ist zum einen im Hinblick auf die Waren oder Dienstleistungen, für die sie angemeldet worden ist, und zum anderen im Hinblick auf ihre Wahrnehmung durch die maßgeblichen Verkehrskreise zu beurteilen (vgl. u. a. Urteile Henkel/HABM, Randnr. 35, vom 22. Juni 2006, Storck/HABM, C‑25/05 P, Slg. 2006, I‑5719, Randnr. 25, und Develey/HABM, Randnr. 79).


26 Eveneens volgens vaste rechtspraak verschillen de criteria ter beoordeling van het onderscheidend vermogen van driedimensionale merken bestaande in de verschijningsvorm van de waar zelf, niet van die welke voor andere categorieën merken gelden (arrest Henkel/BHIM, reeds aangehaald, punt 38; arrest van 7 oktober 2004, Mag Instrument/BHIM, C‑136/02 P, Jurispr. blz. I‑9165, punt 30, en arrest Deutsche SiSi-Werke/BHIM, reeds aangehaald, punt 27).

26 Dabei sind nach ebenfalls ständiger Rechtsprechung die Kriterien für die Beurteilung der Unterscheidungskraft dreidimensionaler Marken, die aus der Form der Ware selbst bestehen, keine anderen als für die übrigen Markenkategorien (Urteile Henkel/HABM, Randnr. 38, vom 7. Oktober 2004 in der Rechtssache C‑136/02 P, Mag Instrument/HABM, Slg. 2004, I‑9165, Randnr. 30, und Deutsche SiSi-Werke/HABM, Randnr. 27).




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'uit het tubacex-arrest' ->

Date index: 2022-11-27
w