4.3.1. Met uitzondering van klapstoelen, zoals gedefinieerd in punt 1.9 van bijlage I, en zitplaatsen die uitsluitend bestemd zijn om te worden gebruikt als het voertuig stilstaat, worden voertuigen van klasse III of B van de categorieën M1 , M2 en M3 en voertuigen van categorie N uitgerust met bevestigingspunten voor veiligheidsgordels die aan de voorschriften van deze richtlijn voldoen.
4.3.1. Fahrzeuge der Klassen M1 , M2 und M3 , Unterklassen III und B, sowie der Klasse N sind mit Verankerungen für Sicherheitsgurte auszustatten, die die Anforderungen dieser Richtlinie erfüllen . Ausgenommen sind lediglich Klappsitze im Sinne von Anhang I Nummer 1.9. und Sitze , die ausschließlich zur Benutzung bei stehendem Fahrzeug bestimmt sind.