Onverminderd artikel 244, tweede alinea, mag deze termijn niet meer bedragen dan tien dagen te rekenen vanaf de datum waarop het verschuldigde bedrag aan rechten aan de schuldenaar werd medegedeeld en dient deze, in geval van boeking van alle bedragen in één keer onder de in artikel 218, lid 1, tweede alinea, bedoelde voorwaarden, zodanig te worden vastgesteld dat de schuldenaar geen langere betalingstermijn wordt toegekend dan wanneer hij voor uitstel van betaling in aanmerking zou zijn gekomen.
Unbeschadet des Artikels 244 zweiter Absatz darf diese Frist zehn Tage, gerechnet ab dem Zeitpunkt der Mitteilung des geschuldeten Abgabenbetrags an den Zollschuldner, nicht überschreiten; im Falle der Globalisierung der buchmässigen Erfassung im Sinne des Artikels 218 Absatz 1 Unterabsatz 2 muß die Frist so festgesetzt werden, daß der Zollschuldner keine längere Zahlungsfrist erhält als er im Falle eines Zahlungsaufschubs erhalten hätte.