3. onderstreept de noodzaak van digitale vaardigheden en vertrouwen in computers om inclusief en toegankelijk e-bestuur tot stand te brengen dat betrokkenheid en participatie van de burger bevordert; acht het in dit verband van groot belang de belemmeringen die er de oorzaak van zijn dat een deel van de bevolking nog niet online is op te heffen; beklemtoont dat de computervaardigheid verbeterd moet worden, in de eerste plaats bij mensen die de basisvaardigheden missen;
3. betont, dass die Förderung von digitaler Kompetenz und Vertrauen Voraussetzung für eine integrative und leicht zugängliche eGovernance sind, in deren Rahmen die Beteiligung der Bürger ermöglicht wird; erachtet es in diesem Zusammenhang für wesentlich, die Hindernisse abzubauen, die einen Teil der Bevölkerung von Online-Diensten ausschließen; betont, dass in erster Linie die digitale Kompetenz von Menschen verbessert werden muss, die nicht einmal über grundlegende IKT-Kompetenzen verfügen;