Deze verordening stelt de voorwaarden en de procedure vast waaronder lidstaten gemachtigd zijn bilaterale investeringsovereenkomsten met derde landen van kracht te laten blijven, te wijzigen of te sluiten.
In dieser Verordnung wird festgelegt, nach welchen Modalitäten, unter welchen Bedingungen und nach welchem Verfahren den Mitgliedstaaten genehmigt wird, bilaterale Investitionsabkommen mit Drittländern aufrechtzuerhalten, zu ändern oder abzuschließen.