Kan uit de bewoordingen van het arrest van 9 maart 2012, zaak C-564/10, Bundesanstalt für Landwirtschaft und Ernährung/Pfeifer Langen KG, worden afgeleid dat artikel 3 van verordening nr. 2988/95 (1), waarbij de Unierechtelijke verjaringsregeling is vastgesteld, toepasselijk is op maatregelen die strekken tot betaling van de krachtens artikel 52 van verordening (EG) nr. 800/1999 (2) en artikel 5 bis van verordening (EG) nr. 770/96 (3) verschuldigde rente?
Kann aus dem Wortlaut des Urteils vom 9. März 2012, Pfeifer Langen KG (C-564/10), abgeleitet werden, dass Art. 3 der Verordnung Nr. 2988/95 (1), der die Verjährung im Gemeinschaftsrecht regelt, auf Maßnahmen zur Zahlung der Zinsen, die nach Art. 52 der Verordnung (EG) Nr. 800/1999 (2) und Art. 5a der Verordnung (EG) Nr. 770/96 (3) geschuldet sind, anwendbar ist?