Vertaling van "veiligheid en verdediging uitgegeven middelen " (Nederlands → Duits) :

14. Voor de defensie-industrieën in Europa gelden zeer uiteenlopende nationale voorschriften. Hierdoor is hun ontwikkeling op Europese schaal vertraagd, zodat zij in vergelijking met de internationale concurrenten worden benadeeld en een slechte prijs-kwaliteitverhouding voor de aan veiligheid en verdediging uitgegeven middelen bieden.
14. Für die Verteidigungsindustrie in Europa gelten bislang sehr unterschiedliche einzelstaatliche Regelungen, eine Situation, die ihre Weiterentwicklung auf europäischer Ebene verzögert hat, sie dadurch gegenüber ihren internationalen Konkurrenten benachteiligt und zur Folge hat, dass die Ausgaben für Sicherheit und Verteidigung im Verhältnis zu den Ergebnissen zu hoch sind.

1. maakt zich nog steeds grote zorgen over de veel voorkomende en grotendeels ongecoördineerde bezuinigingen op de defensiebegroting in de meeste lidstaten; beklemtoont dat de bezuinigingen op de defensiebegrotingen de defensiecapaciteit van de lidstaten en de EU verzwakken en twijfels doen rijzen over de mate van paraatheid om de nationale en Europese veiligheid te waarborgen; is van mening dat deze ongecoördineerde bezuinigingen, in combinatie met structurele problemen en oneerlijke en ondoorzichtige praktijken, de Unie in gevaar brengen doordat strategische middelen en capaciteiten worden opgegeven en de kansen worden verspeeld die de coördinatie van het defensiebeleid en het bundelen en delen van defensiemiddelen zouden kunnen opleveren voor de verwezenlijking van de welvaart en vrede van de EU in overeenstemming met artikel 21 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, haar voorzieningszekerheid en de verdediging van haar burgers en belangen;
1. ist nach wie vor tief besorgt über die weit verbreiteten und im Wesentlichen unkoordinierten Kürzungen in den Verteidigungshaushalten der meisten Mitgliedstaaten; unterstreicht, dass die Verringerung des Verteidigungshaushalts zur Schwächung des Verteidigungspotentials der Mitgliedstaaten und der EU führt und das Niveau ihrer Bereitschaft zur Garantie der mitgliedstaatlichen und europäischen Sicherheit in Frage stellt; ist der Ansicht, dass diese unkoordinierten Kürzungen in Verbindung mit strukturellen Problemen sowie unfairen und undurchsichtigen Praktiken durch die Aufgabe strategischer Ressourcen und Kapazitäten sowie den Verlust der Möglichkeiten, die die Koordinierung der Verteidigungspolitik sowie die Bündelung und gemeinsame Nutzung von militärischen Mitteln bringen könnte, was die Verwirklichung von Wohlstand und Frieden der EU im Einklang mit Artikel 21 des Vertrags von Lissabon, ihre Versorgungssicherheit und die Verteidigung ihrer Bürger und Interessen anbelangt, eine Gefahr für die Union darstellen;

18. onderstreept het essentiële belang van de gemeenschappelijke defensie die de NAVO ten behoeve van haar leden garandeert; dringt er bij de lidstaten op aan hun vermogen om tot de territoriale verdediging bij te dragen met spoed te vergroten, hiervoor meer middelen beschikbaar te stellen en de methode van het bundelen en delen serieus te nemen door nauwer samen te werken om synergie te creëren; beklemtoont dat alle lidstaten dezelfde mate van veiligheid moet worden geboden in overeenstemming met artikel 42, lid 7, VEU; benadrukt dat een geloofwaardig buitenlands beleid van de EU moet worden onderbouwd door adequate defensiecapaciteiten van de lidstaten en een doeltreffend gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid (GVDB); is van opvatting dat het GVDB een belangrijk onderdeel van de Europese defensie en veiligheid vormt en daartoe op tal van wijzen bijdraagt, o.a. door de totstandbrenging van een Europese technologische en industriële basis voor defensie (EDTIB) te bevorderen, de samenwerking bij de ontwikkeling van defensiecapaciteiten te stimuleren en rechtstreeks op te treden in crisisgebieden door middel van civiele missies en militaire operaties; beklemtoont daarom dat het GVDB in samenwerking met de NAVO verder moet worden verdiept; herhaalt dat de EU een partner van de NAVO is en dat de strategieën van beide organisaties elkaar moeten aanvullen; onderstreept de belangrijke rol van samenwerking op het gebied van veiligheid en defensie tussen de EU en haar partners, waaronder de VN, de NAVO, de Afrikaanse Unie en de OVSE; is verheugd over de toezegging van de HV/VV om zich actief in te zetten op het gebied van defensie, onder meer door het voorzitterschap te bekleden van vergaderingen van de Raad Buitenlandse Zaken in de formatie met de ministers van Defensie;
18. betont, wie äußerst wichtig die von der NATO gegenüber ihren Mitgliedern garantierte kollektive Verteidigung ist; fordert die Mitgliedstaaten nachdrücklich auf, ihre Fähigkeit, zur territorialen Verteidigung beizutragen, dringend auszubauen, mehr Ressourcen zur Verfügung zu stellen sowie das Verfahren der Bündelung und gemeinsamen Nutzung ernst zu nehmen, indem bei der Schaffung von Synergien enger zusammengearbeitet wird; betont, dass alle Mitgliedstaaten gemäß Artikel 42 Absatz 7 AEU das gleiche Maß an Sicherheit genießen müssen; betont, dass eine glaubwürdige EU-Außenpolitik durch angemessene Verteidigungskapazitäten in den Mitgliedstaaten und eine wirksame Gemeinsame Sicherheits- und Verteidigungspolitik (GSVP) untermauert werden muss; ist der Auffassung, dass die GSVP ein wichtiger Bestandteil der europäischen Verteidigung und Sicherheit ist und in vielerlei Hinsicht dazu beiträgt, unter anderem durch eine Förderung der Einrichtung einer verteidigungstechnologischen und industriellen Basis Europas (EDTIB), eine Förderung der Zusammenarbeit bei der Entwicklung der Verteidigungskapazitäten und durch direkte Interventionen in Krisengebieten mit zivilen Missionen und Militäreinsätzen; betont daher, dass die GSVP in Zusammenarbeit mit der NATO weiter vertieft werden sollte; erinnert daran, dass die Europäische Union ein Partner der NATO ist und dass sich deren jeweilige Strategien ergänzen sollten; betont die wichtige Rolle der Sicherheits- und Verteidigungszusammenarbeit zwischen der EU und Partnern wie Vereinte Nationen, NATO, Afrikanische Union und OSZE; begrüßt die Zusage der HV/VP, sich aktiv in Verteidigungsfragen einzubringen, unter anderem durch den Vorsitz im Rat „Auswärtige Angelegenheiten“ in der Besetzung mit den Verteidigungsministern;