3. Wanneer de lidstaten voor de in lid 1 genoemde vennootschapsvormen een splitsing toestaan waarbij een splitsing door overneming als omschreven in artikel 136, lid 1, wordt gecombineerd met een splitsing door oprichting van een of meer nieuwe vennootschappen als omschreven in artikel 155, lid 1, passen zij daarop afdeling 2 van dit hoofdstuk en artikel 156 toe.
(3) Gestatten die Mitgliedstaaten für die in Absatz 1 bezeichneten Gesellschaften den Vorgang, durch den eine Spaltung durch Übernahme im Sinne von Artikel 136 Absatz 1 mit einer Spaltung durch Gründung einer oder mehrerer neuer Gesellschaften im Sinne von Artikel 155 Absatz 1 verbunden wird, so unterwerfen sie diesen Vorgang dem zweiten Abschnitt dieses Kapitels und Artikel 156.