Indien punt 2° of punt 3° van paragraaf 2 van toepassing is, wordt de prebasismoederplant alleen aanvaard indien er een rapport van een verantwoordelijke officiële instantie in de Unie of in een derde land beschikbaar is waaruit blijkt dat het desbetreffende ras onderscheidbaar, homogeen en bestendig is.
Findet Paragraph 2 Ziffer 2 oder 3 Anwendung, so darf die Mutterpflanze für Vorstufenmaterial nur anerkannt werden, wenn ein Bericht einer zuständigen amtlichen Stelle in der Union oder eines Drittlands vorliegt, der belegt, dass die betreffende Sorte unterscheidbar, homogen und beständig ist.