Uit de uiteenzetting van het eerste middel bli
jkt ook dat het Hof bovendien wordt verzocht uitspraak te doen over de bestaanbaarheid van artikel 5, § 3, van
het decreet van 19 maart 2009 - ingevoegd bij artikel 16, tweede lid, van het decreet van 22 december 2010 - met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6
.2 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met artikel 14, lid 2, van het In
...[+++]ternationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, in zoverre het niet de overlading van het voertuig zou zijn, maar veeleer de schade aan het wegdek veroorzaakt door die overlading die het materiële element zou vormen van de overtreding beoogd in die decreetsbepaling.Aus der Darlegung des ersten Klagegrunds geht auch hervor, dass der Gerichtshof ausserdem gebeten wird, sich zur Vereinbarkeit von Artikel 5 § 3 des Dekrets vom 19. März 2009 - eingefügt durch Artikel 16 Absatz 2 des Dekrets vom 22. Dezember 2010 - mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6
Absatz 2 der Europäischen Menschenrechtskonvention und mit Artikel 14 Absatz 2 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte zu äussern, insofern nicht die Uberladung des Fahrzeugs, sondern vielmehr der Strassenschaden durch diese Uberladung das materielle Element der in dieser Dekretsbestimmung vorgesehe
...[+++]nen Ubertretung darstelle.