2. Voor elke ondertekenende Staat die het Verdrag nadien bekrachtigt, aanvaardt of goedkeurt, treedt het in werking op de eerste dag van de derde maand die volgt op het nederleggen van zijn akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring.
(2) Das Übereinkommen tritt für jeden Unterzeichnerstaat, der später ratifiziert, annimmt oder zustimmt, am ersten Tag des dritten Monats in Kraft, der auf die Hinterlegung seiner Urkunde über die Ratifizierung, Annahme oder Zustimmung folgt.