Vertaling van "verdrag van maastricht ingevoerde procedure behelsde " (Nederlands → Duits) :

Deze procedure, die oorspronkelijk in het kader van het Verdrag van Maastricht werd ingevoerd, werd de medebeslissingsprocedure genoemd en is nu voor de EU-besluitvorming de meest gebruikte methode.
Das ursprünglich im Rahmen des Vertrags von Maastricht als Mitentscheidungsverfahren bezeichnete Verfahren ist mittlerweile die am meisten verwendete Methode im EU-Entscheidungsprozess.

Dit recht is in het Verdrag van Maastricht vastgelegd in het hoofdstuk over burgerschap, terwijl met het Verdrag van Amsterdam een procedure is ingevoerd om actie te ondernemen tegen een EU-land dat de grondrechten van zijn burgers schendt.
Im Vertrag von Maastricht ist dieses Recht im Kapitel über die Unionsbürgerschaft festgeschrieben, und im Rahmen des Vertrags von Amsterdam wurde ein Verfahren geschaffen, mit dem gegen EU-Länder vorgegangen werden kann, die die Grundrechte ihrer Bürger verletzen.

Inderdaad wijst reeds de redactie van de norm, die in dit geval de rechtsgrond vormt en met het Verdrag van Maastricht ingevoerd werd, namelijk artikel 191 van het EG-Verdrag, in die richting.
In der Tat legt bereits der Wortlaut der Norm, die ihre Rechtsgrundlage darstellt und mit dem Vertrag von Maastricht eingeführt wurde, Artikel 191 des EG-Vertrags, eine solche Deutung nahe.

overwegende dat artikel 17 van het EG-Verdrag dat bij het Verdrag van Maastricht is ingevoerd bepaalt: „Burger van de Unie is een ieder die de nationaliteit van een lidstaat bezit”, en dat dit beginsel verder is uitgewerkt in het Verdrag van Amsterdam, dat bepaalt: „Het Unieburgerschap vult het nationale burgerschap aan doch komt niet in de plaats daarvan”,
in der Erwägung, dass es in dem durch den Vertrag von Maastricht eingeführten Artikel 17 des EG-Vertrags heißt: „Unionsbürger ist, wer die Staatsangehörigkeit eines Mitgliedstaats besitzt“ und dass dieser Grundsatz im Vertrag von Amsterdam weiterentwickelt wurde, in dem klargestellt wird: „Die Unionsbürgerschaft ergänzt die nationale Staatsbürgerschaft, ersetzt sie aber nicht“,

B. overwegende dat artikel 17 van het EG-Verdrag dat bij het Verdrag van Maastricht is ingevoerd bepaalt: "Burger van de Unie is een ieder die de nationaliteit van een lidstaat bezit", en dat dit beginsel verder is uitgewerkt in het Verdrag van Amsterdam, dat bepaalt: "Het Unieburgerschap vult het nationale burgerschap aan doch komt niet in de plaats daarvan",
B. in der Erwägung, dass es in dem durch den Vertrag von Maastricht eingeführten Artikel 17 des EG-Vertrags heißt: "Unionsbürger ist, wer die Staatsangehörigkeit eines Mitgliedstaats besitzt" und dass dieser Grundsatz im Vertrag von Amsterdam weiterentwickelt wurde, in dem klargestellt wird: "Die Unionsbürgerschaft ergänzt die nationale Staatsbürgerschaft, ersetzt sie aber nicht",

Deze tegenstrijdigheden zijn bijzonder ernstig, er is nog geen oplossing voor en daarom vinden wij het bestaan van het genoemde artikel 228, dat door het Verdrag van Maastricht ingevoerd werd, absoluut discutabel.
Diese Widersprüche sind äußerst schwerwiegend, und sie werden nicht behoben, weswegen unseres Erachtens der mit dem Vertrag von Maastricht eingeführte Artikel 228 äußerst strittig ist.

In verklaring nr. 2 bij het Verdrag van Maastricht (waarbij het burgerschap van de Unie is ingevoerd) staat uitdrukkelijk: "telkens wanneer in het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap sprake is van onderdanen van de Lid-Staten, (wordt) de vraag of een persoon de nationaliteit van deze of gene Lid-Staat bezit, uitsluitend (...) geregeld door verwijzing naar het nationale recht van de betrokken staat".
Die Erklärung Nr. 2 im Anhang des Vertrags von Maastricht (mit dem die Unionsbürgerschaft eingeführt wurde) drückt dies klar aus: bei Bezugnahme des Vertrags zur Gründung der Europäischen Gemeinschaft auf die Staatsangehörigkeit der Mitgliedstaaten wird die Frage, welchem Mitgliedstaat eine Person angehört, allein durch Bezug auf das innerstaatliche Recht des betreffenden Mitgliedstaats geregelt.

Het Verdrag van Amsterdam, waarin de reeds in het Verdrag van Maastricht van 1992 ingevoerde bepalingen, zijn opgenomen, en in het bijzonder artikel 174:
Im Vertrag von Amsterdam, in den die einschlägigen Bestimmungen des Vertrages von Maastricht von 1992 übernommen wurden, heißt es (Artikel 174):

Dit is één van de rechten die de burgers van de Unie ontlenen aan het burgerschap van de Unie, dat in 1992 is ingevoerd bij het Verdrag van Maastricht.
Dabei handelt es sich um eins der Rechte der Unionsbürger aufgrund der durch den Vertrag von Maastricht aus dem Jahre 1992 eingeführten Unionsbürgerschaft.