Zoals in B.31 en B.32 is vermeld, dient de termijn van vijftien dagen als bestaanbaar met de Grondwet te worden beschouwd en kunnen de vereiste rolrechten voortijdig worden betaald, zodat de termijn van vijftien dagen voor de verzoeker of tussenkomende partij redelijk verantwoord is.
Wie in B.31 und B.32 angeführt wurde, ist die Frist von fünfzehn Tagen als mit der Verfassung vereinbar zu betrachten und können die geforderten Gebühren für die Eintragung in die Liste im Voraus gezahlt werden, so dass die Frist von fünfzehn Tagen auf Seiten der antragstellenden oder intervenierenden Partei vernünftig gerechtfertigt ist.