Traduction de «verhouding oda bni andere » (Néerlandais → Allemand) :

De verhouding ODA/bni steeg in 15 EU-lidstaten en daalde in 9 EU-lidstaten; in 4 lidstaten bleef de verhouding constant.In totaal hebben 21 lidstaten hun officiële ontwikkelingshulp nominaal verhoogd met 9,8 miljard euro, terwijl de verlaging in de 6 andere lidstaten tezamen 0,3 miljard euro bedroeg.
In 15 Mitgliedstaaten wurde eine höhere ODA-Quote erreicht, in 9 Mitgliedstaaten sank die Quote und in 4 Mitgliedstaaten blieb sie gleich.Insgesamt erhöhten 21 Mitgliedstaaten ihre ODA nominal um 9,8 Mrd. EUR, während in den übrigen 6 Mitgliedstaaten die ODA um insgesamt 0,3 Mrd. EUR zurückging.

Zij stelt voor de verhouding ODA/bni vast te stellen op een nieuw individueel minimum van 0,51 % tegen 2010 (0,17 % voor de nieuwe lidstaten), waardoor de collectieve inspanning van de EU op 0,56 % zou komen.
Sie schlägt vor, dass bis 2010 als ODA-Anteil am BNE eine neue einzelstaatliche ODA-Mindestquote von 0,51% (0,17% für die neuen Mitgliedstaaten) erreicht werden soll, so dass eine EU-Durchschnittsanteil von 0,56% erreichen würde.

11. verzoekt de EU en de lidstaten om de betrekkingen met Afrikaanse landen te versterken door hulptoezeggingen na te komen en een prioriteit te maken van de realisatie van de MDG's; is verheugd over het feit dat in 2006 de EG–hulp met 6% en de door de 15 lidstaten geleverde hulp met 2,9% is toegenomen in vergelijking met het jaar daarvoor, maar betreurt het dat de totale ODA van de 15 lidstaten aan alle regio's in verhouding tot het bruto nationaal inkomen (BNI) is gedaald van 0,44% ODA/BNI in 2005 naar 0,43% ODA/BNI in 2006; betreurt eveneens dat vier lidstaten in 2006 niet aan het individuele streefdoel van 0,33% van het BNI hebben voldaan en dat dit mogelijk ook voor andere lidstaten zou kunnen gelden indien de ODA–bedragen zouden worden verminderd met kwijtgescholden schulden en andere maatregelen waaraan geen beschikbare fondsen voor de ontwikkelingslanden zijn verbonden;
11. fordert die Europäische Union und die Mitgliedstaaten auf, ihre Beziehungen zu den afrikanischen Ländern zu intensivieren, indem sie ihre Hilfszusagen erfüllen und der Verfolgung der Millenniums-Entwicklungsziele Priorität einräumen; begrüßt, dass die Entwicklungshilfe der Europäischen Gemeinschaft im Jahre 2006 gegenüber dem Vorjahr um 6 %, und die von 15 Mitgliedstaaten geleistete Hilfe um 2,9 % angestiegen ist, bedauert aber, dass die öffentliche Entwicklungshilfe (ODA) der 15 Mitgliedstaaten in sämtlichen Regionen gesunken ist, und zwar von einem 0,44%igen Anteil der ODA am BSP im Jahre 2005 auf einen 0,43%igen Anteil der ODA am BSP im Jahr 2006; bedauert außerdem, dass vier Mitgliedstaaten ihr individuelles Ziel – d.h. öffentliche Entwicklungshilfe im Gegenwert von 0,33 % des BSP – im Jahre 2006 nicht erreicht haben und auch weitere Länder in dieser Hinsicht als gescheitert gelten könnten, wenn Schuldenerlass und andere Posten, die nicht als den Entwicklungsländern de facto zur Verfügung stehende Geldmittel gelten, von den ODA-Zahlen abgezogen würden;

11. verzoekt de EU en de lidstaten om de betrekkingen met Afrikaanse landen te versterken door hulptoezeggingen na te komen en een prioriteit te maken van de realisatie van de MDG’s; is verheugd over het feit dat in 2006 de EG–hulp met 6% en de door de 15 lidstaten geleverde hulp met 2,9% is toegenomen in vergelijking met het jaar daarvoor, maar betreurt het dat de totale officiële ontwikkelingshulp (ODA) van de 15 lidstaten aan alle regio’s in verhouding tot het bruto nationaal inkomen (BNI) is gedaald van 0,44% ODA/BNI in 2005 naar 0,43% ODA/BNI in 2006; betreurt eveneens dat vier lidstaten in 2006 niet aan het individuele streefdoel van 0,33% van het BNI hebben voldaan en dat dit mogelijk ook voor andere lidstaten zou kunnen gelden indien de ODA–sommen zouden worden verminderd met kwijtgescholden schulden en andere maatregelen waaraan geen beschikbare fondsen voor de ontwikkelingslanden zijn verbonden;
11. fordert die EU und die Mitgliedstaaten auf, ihre Beziehungen zu den afrikanischen Ländern zu intensivieren, indem sie ihre Hilfszusagen erfüllen und der Verfolgung der Millenniums-Entwicklungsziele Priorität einräumen; begrüßt, dass die Entwicklungshilfe der EG im Jahre 2006 gegenüber dem Vorjahr um 6 %, und die von 15 Mitgliedstaaten geleistete Hilfe um 2,9 % angestiegen ist, bedauert aber, dass die öffentliche Entwicklungshilfe (ODA) der 15 Mitgliedstaaten in sämtlichen Regionen gesunken ist, und zwar von einem 0,44%igen Anteil der ODA am BSP im Jahre 2005 auf einen 0,43%igen Anteil der ODA am BSP im Jahr 2006; bedauert außerdem, dass vier Mitgliedstaaten ihr individuelles Ziel – d.h. öffentliche Entwicklungshilfe im Gegenwert von 0,33 % des BSP – im Jahre 2006 nicht erreicht haben und auch weitere Länder in dieser Hinsicht als gescheitert gelten könnten, wenn Schuldenerlass und andere Posten, die nicht als den Entwicklungsländern de facto zur Verfügung stehende Geldmittel gelten, von den ODA-Zahlen abgezogen würden;

J. overwegende dat de EU-lidstaten zich ertoe hebben verbonden om de ODA-doelstelling van een bijdrage van 0,7% van het bruto nationaal inkomen (BNI) te bereiken tegen 2015, en dat de nieuwe lidstaten zich ertoe hebben verbonden om de ODA/BNI-verhouding te verhogen tot een niveau van 0,33% tegen 2015,
J. in der Erwägung, dass sich die EU-Mitgliedstaaten verpflichtet haben, das Ziel einer öffentlichen Entwicklungshilfe von 0,7 % des Bruttoinlandsprodukts bis 2015 zu verwirklichen, wobei die neuen Mitgliedstaaten eine Steigerung ihrer öffentlichen Entwicklungshilfe bis 2015 auf 0,33 % des Bruttoinlandsprodukts zugesagt haben,

J. overwegende dat de EU-lidstaten zich ertoe hebben verplicht om de ODA-doelstelling van een bijdrage van 0,7% van het bruto nationaal inkomen (BNI) te bereiken voor 2015, en dat de nieuwe lidstaten zich ertoe hebben verplicht om de ODA/BNI-verhouding te verhogen tot een niveau van 0,33% in 2015,
J. in der Erwägung, dass sich die EU-Mitgliedstaaten verpflichtet haben, das Ziel einer öffentlichen Entwicklungshilfe von 0,7% des Bruttoinlandsprodukts bis 2015 zu verwirklichen, wobei die neuen Mitgliedstaaten eine Steigerung ihrer öffentlichen Entwicklungshilfe bis 2015 auf 0,33% des Bruttoinlandsprodukts zugesagt haben,

* Hervormingen van de organisatiestructuur van de ODA's, inclusief hun verhouding tot andere actoren.
* Reformen der Organisationsstruktur der öffentlichen Arbeitsverwaltungen einschließlich ihrer Beziehungen zu anderen Akteuren.

9. NEEMT ER NOTA VAN dat de financiële informatie in het jaarverslag op een gestroomlijnde wijze moet worden gepresenteerd om overlappingen te voorkomen en om de samenhang tussen de financiële gegevens in de tekst en in de bijlagen te verzekeren; bovendien moeten de tendensen van de jongste jaren uit deze gegevens blijken; NEEMT ER NOTA VAN dat in het verslag financiële informatie, bijvoorbeeld over de verhouding ODA/BNI, andere officiële bijstand en andere verhoudingsgetallen van EG-ODA die aan lage-inkomenslanden en minst ontwikkelde landen is verschaft, ontbreekt en VERZOEKT de Commissie dergelijke informatie, die de voorbije jaren wel werd gepubliceerd, in alle toekomstige verslagen op te nemen;
9. STELLT FEST, dass die Darstellung der Finanzdaten im Jahresbericht rationalisiert werden sollte, um Überschneidungen zu vermeiden und die Übereinstimmung der Finanzdaten im Text und in den Anhängen zu gewährleisten, und dass aus den Finanzdaten der Trend der letzten Jahre hervorgehen sollte; STELLT FEST, dass der Bericht keine Finanzdaten wie z.B. die ODA-Quote des BNE, sonstige Angaben über öffentliche Auslandshilfe oder den Anteil der von der EG an die am wenigsten entwickelten Länder mit niedrigem Einkommen vergebene ODA enthält, und FORDERT die Kommission AUF, in allen künftigen Berichten entsprechende Angaben zu den Vorjahren vorzulegen;