2. De verificateur stelt het in lid 1, onder b) bedoelde testplan zo op dat kan worden bepaald in welke mate op de relevante controleactiviteiten kan worden vertrouwd om te beoordelen of de in artikel 7, lid 4, onder b), vermelde eisen zijn nageleefd.
(2) Die Prüfstelle stellt den in Absatz 1 Buchstabe b genannten Testplan so auf, dass sie feststellen kann, inwieweit die betreffenden Kontrolltätigkeiten eine zuverlässige Einschätzung erlauben, dass die in Artikel 7 Absatz 4 Buchstabe b genannten Anforderungen erfüllt sind.