Aangezien de door de verwijzende rechter in aanmerking genomen verjaringstermijn minder gunstig is dan die welke is voorgeschreven bij artikel 16, § 1, van de wet van 27 februari 1987, dient men, met toepassing van artikel 28, tweede lid, eerste zin, in fine, van diezelfde wet, ervan uit te gaan dat de bij artikel 16, § 1, voorgeschreven termijn van drie jaar ook van toepassing is op de tegemoetkomingen volgens het zogenaamde « oude stelsel ».
Da die vom verweisenden Richter angenommene Verjährungsfrist weniger vorteilhaft ist als diejenige, die in Artikel 16 § 1 des Gesetzes vom 27. Februar 1987 vorgesehen ist, ist in Anwendung von Artikel 28 Absatz 2 erster Satz in fine dieses Gesetzes davon auszugehen, dass die Frist von drei Jahren, die in Artikel 16 § 1 vorgesehen ist, ebenfalls auf die Beihilfen nach dem sogenannten « früheren System » anwendbar ist.