In de in artikel 96, onder a) en c), bedoelde rechtsvorderingen kunnen het verval of de nietigheid van het Europees merk alleen anders dan bij een reconventionele vordering worden opgeworpen indien de gedaagde stelt dat de rechten van de houder van het Europees merk vervallen kunnen worden verklaard wegens ontoereikend normaal gebruik ten tijde van de instelling van de vordering betreffende inbreuk”.
Gegen Klagen gemäß Artikel 96 Buchstaben a und c ist der auf anderem Wege als der Widerklage erhobene Einwand des Verfalls oder der Nichtigkeit der europäischen Marke insoweit zulässig, als sich der Beklagte darauf beruft, dass die Rechte des Inhabers der europäischen Marke wegen mangelnder Benutzung zum Zeitpunkt der Verletzungsklage für verfallen erklärt werden könnten.“