Overwegende dat bij Verordening nr. 225/67/EEG van de Commissie (5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2037/84 (6), de uit zonnebloemzaad verkregen hoeveelheden olie en perskoeken zijn vastgesteld; dat bij Verordening (EEG) nr. 1102/84 van d
e Raad van 31 maart 1984 tot vaststelling van de richtprijzen en de interventieprijzen voor koolzaad, raapzaad en zonn
ebloemzaad voor het verkoopseizoen 1984/1985 (7), de standaardkwaliteit voor zonnebloemzaad gewijzigd is door het oliegehalte van 40 % tot 42 % t
...[+++]e verhogen; dat genoemde hoeveelheden derhalve aan de nieuwe standaardkwaliteit aangepast moeten worden; Die Verordnung Nr. 225/67/EWG der Kommission (5), zuletzt geändert durch die Verordnung (EWG) Nr. 2037/84 (6), setzt die Erträge der Sonnenblumenkerne an Öl und Schrot fest. Die Verordnung (EWG) Nr. 1102/84 des Rates vom 31. März 1984 zur Festsetzung der Richtpreise und der Interventionspreise für Raps- und Rübsensamen und für Sonnenblumenkerne für das Wirtschaftsjahr 1984/85 (7) hat die Standardqualität der Sonnenblumenkerne durch Anhebung des Ölgehalts von 40 v. H. auf 42 v.