Vertaling van "verlangt naar behoren " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE

naar behoren | naar billijkheid | zoals behoort | zoals billijk is
wie es sich gehört

naar behoren vastgesteld
ordnungsgemäss festgestellt

document waaruit blijkt dat de opdracht naar behoren werd uitgevoerd
Bescheinigung über die ordnungsgemäße Ausführung

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

3. verlangt dat er gestreefd wordt naar een goed evenwicht tussen preventiebeleid en repressiemaatregelen, opdat vrijheid, veiligheid en recht behouden blijven; benadrukt dat veiligheidsmaatregelen altijd moeten worden nagestreefd overeenkomstig de beginselen van de rechtsstaat en de bescherming van de grondrechten, zoals het recht op privacy en gegevensbescherming, vrijheid van meningsuiting en van vergadering en een eerlijk proces; verzoekt de Commissie bijgevolg om bij de uitvoering van de Europese veiligheidsagenda naar behoren rekening te houden met de recente uitspraak van het Hof van Justitie over de gegevensbewaringsrichtlijn (arrest in de gevoegde zaken C-293/12 en C-594/12), die inhoudt dat alle instrumenten in overeenstemming moeten zijn met de beginselen van evenredigheid, noodzakelijkheid en wettigheid en passende garanties inzake verantwoording en gerechtelijk beroep moeten bevatten; dringt er bij de Commissie op aan ten volle rekening te houden met de gevolgen van dit arrest voor alle instrumenten waarbij sprake is van de bewaring van gegevens voor rechtshandhavingsdoeleinden;
3. fordert ein angemessenes Gleichgewicht zwischen präventiven und repressiven Maßnahmen, damit Freiheit, Sicherheit und Gerechtigkeit gewahrt werden können; betont, dass Sicherheitsmaßnahmen stets im Einklang mit den Grundsätzen Rechtsstaatlichkeit und Schutz der Grundrechte – zu denen beispielsweise das Recht auf Schutz der Privatsphäre und Datenschutz, das Recht auf freie Meinungsäußerung, die Vereinigungsfreiheit und das Recht auf ein ordnungsgemäßes Verfahren zählen – getroffen werden müssen; fordert die Kommission deshalb auf, bei der Umsetzung der Europäischen Sicherheitsagenda dem unlängst gefällten Urteil des Gerichtshofs zur Richtlinie über die Vorratsdatenspeicherung (Urteil in den verbundenen Rechtssachen C–293/12 und C–594/12) gebührend Rechnung zu tragen, in dem es heißt, dass alle sicherheitspolitischen Maßnahmen den Grundsätzen Notwendigkeit, Verhältnismäßigkeit und Rechtmäßigkeit entsprechen und angemessene Garantien bieten müssen, damit die Verantwortlichkeit und der Zugang zu den Gerichten gewährleistet sind; fordert die Kommission auf, genau zu prüfen, wie sich dieses Urteil auf den Einsatz von Instrumenten auswirkt, bei denen zu Strafverfolgungszwecken auf die Vorratsdatenspeicherung zurückgegriffen wird;

3. verlangt dat er gestreefd wordt naar een goed evenwicht tussen preventiebeleid en repressiemaatregelen, opdat vrijheid, veiligheid en recht behouden blijven; benadrukt dat veiligheidsmaatregelen altijd moeten worden nagestreefd overeenkomstig de beginselen van de rechtsstaat en de bescherming van de grondrechten, zoals het recht op privacy en gegevensbescherming, vrijheid van meningsuiting en van vergadering en een eerlijk proces; verzoekt de Commissie bijgevolg om bij de uitvoering van de Europese veiligheidsagenda naar behoren rekening te houden met de recente uitspraak van het Hof van Justitie over de gegevensbewaringsrichtlijn (arrest in de gevoegde zaken C-293/12 en C-594/12), die inhoudt dat alle instrumenten in overeenstemming moeten zijn met de beginselen van evenredigheid, noodzakelijkheid en wettigheid en passende garanties inzake verantwoording en gerechtelijk beroep moeten bevatten; dringt er bij de Commissie op aan ten volle rekening te houden met de gevolgen van dit arrest voor alle instrumenten waarbij sprake is van de bewaring van gegevens voor rechtshandhavingsdoeleinden;
3. fordert ein angemessenes Gleichgewicht zwischen präventiven und repressiven Maßnahmen, damit Freiheit, Sicherheit und Gerechtigkeit gewahrt werden können; betont, dass Sicherheitsmaßnahmen stets im Einklang mit den Grundsätzen Rechtsstaatlichkeit und Schutz der Grundrechte – zu denen beispielsweise das Recht auf Schutz der Privatsphäre und Datenschutz, das Recht auf freie Meinungsäußerung, die Vereinigungsfreiheit und das Recht auf ein ordnungsgemäßes Verfahren zählen – getroffen werden müssen; fordert die Kommission deshalb auf, bei der Umsetzung der Europäischen Sicherheitsagenda dem unlängst gefällten Urteil des Gerichtshofs zur Richtlinie über die Vorratsdatenspeicherung (Urteil in den verbundenen Rechtssachen C‑293/12 und C‑594/12) gebührend Rechnung zu tragen, in dem es heißt, dass alle sicherheitspolitischen Maßnahmen den Grundsätzen Notwendigkeit, Verhältnismäßigkeit und Rechtmäßigkeit entsprechen und angemessene Garantien bieten müssen, damit die Rechenschaftspflicht und der Weg zu den Gerichten gewährleistet sind; fordert die Kommission auf, genau zu prüfen, wie sich dieses Urteil auf den Einsatz von Instrumenten auswirkt, bei denen zu Strafverfolgungszwecken auf die Vorratsdatenspeicherung zurückgegriffen wird;

15. onderstreept dat een effectief wetgevingskader naar behoren rekening dient te houden met de wisselwerking tussen de bepalingen ter bestrijding van witwaspraktijken en het grondrecht op bescherming van persoonsgegevens, zodat witwaspraktijken kunnen worden aangepakt zonder afbreuk te doen aan de gevestigde normen voor gegevensbescherming; is wat dit betreft ingenomen met het door Europol gebruikte systeem voor gegevensbescherming; verwelkomt in dit opzicht ook het voorstel van de Commissie inzake de vierde antiwitwasrichtlijn; pleit daarnaast voor de instelling van voldoende waarborgen opdat de politiële instanties in staat worden gesteld de persoonsgegevens te verzamelen die nodig zijn voor onderzoeken naar georganiseerde criminele activiteiten; verlangt dat de mogelijkheid wordt geboden om waar nodig strafrechtelijke gegevens over gedetineerden en verdachten aan andere landen door te geven;
15. betont, dass ein wirksamer Rechtsrahmen die Wechselwirkung zwischen den Vorschriften zur Bekämpfung von Geldwäsche und dem Grundrecht auf den Schutz personenbezogener Daten angemessen berücksichtigen sollte, um die Geldwäsche bekämpfen zu können, ohne die erreichten Standards beim Datenschutz zu senken; begrüßt in dieser Hinsicht das von Europol genutzte Datenschutzsystem; begrüßt in dieser Hinsicht den Vorschlag der Kommission zur 4. Richtlinie zur Verhinderung der Geldwäsche; schlägt ferner hinreichende Schutzvorkehrungen vor, damit die Strafverfolgungsbehörden personenbezogene Daten erheben können, die für die Untersuchung der Aktivitäten der organisierten Kriminalität benötigt werden; fordert, dass es Strafverfolgungsbehörden möglich sein soll, straftatrelevante Angaben über Gefangene und Verdächtige erforderlichenfalls über Landesgrenzen hinweg zu übermitteln;

1. Indien een lidstaat, na krachtens artikel 41, lid 1, een evaluatie te hebben uitgevoerd, van oordeel is dat voertuigen, systemen, onderdelen of technische eenheden, ook al voldoen zij aan de van toepassing zijnde voorschriften of zijn zij naar behoren gemerkt, een ernstig gevaar vormen voor de veiligheid, dan wel het milieu of de volksgezondheid ernstig kunnen schaden, verlangt deze lidstaat van de betrokken marktdeelnemer dat hij alle passende corrigerende maatregelen neemt om ervoor te zorgen dat het voertuig, systeem of onderdeel of de technische eenheid op het moment van het in de handel brengen of de registratie of na het in het verkeer brengen ervan niet langer een risico vormt, of dat hij het voertuig, systeem of onderdeel of de technische eenheid uit de handel neemt of binnen een redelijke termijn, die evenredig is met de aard van het risico, terugroept.
(1) Stellt ein Mitgliedstaat nach einer Beurteilung gemäß Artikel 41 Absatz 1 fest, dass Fahrzeuge, Systeme, Bauteile oder selbstständige technische Einheiten ein erhebliches Risiko für die Sicherheit von Menschen darstellen oder die Umwelt oder die öffentliche Gesundheit ernsthaft gefährden, obwohl sie den für sie geltenden Anforderungen entsprechen oder ordnungsgemäß gekennzeichnet sind, so fordert er den betroffenen Wirtschaftsakteur auf, alle geeigneten Maßnahmen zu ergreifen, um dafür zu sorgen, dass das betreffende Fahrzeug, System, Bauteil oder die selbstständige technische Einheit beim Inverkehrbringen, bei der Zulassung oder nach der Inbetriebnahme kein solches Risiko mehr darstellt oder dass es/sie innerhalb einer der Art des Risikos angemessenen, vertretbaren Frist vom Markt genommen oder zurückgerufen wird.

1. Indien een lidstaat, na krachtens artikel 46, lid 1, een evaluatie te hebben uitgevoerd, van oordeel is dat voertuigen, systemen, onderdelen of technische eenheden, ook al voldoen zij aan de toepasselijke voorschriften of zijn zij naar behoren gemerkt, een ernstig gevaar vormen voor de veiligheid, dan wel het milieu of de volksgezondheid ernstig kunnen schaden, verlangt deze lidstaat van de betrokken marktdeelnemer dat hij alle passende corrigerende maatregelen neemt om ervoor te zorgen dat het voertuig of systeem of het onderdeel of de technische eenheid op het moment van het in de handel brengen of de registratie of na het in het verkeer brengen ervan niet langer een risico vormt, of dat hij het voertuig of het systeem of het onderdeel of de technische eenheid uit de handel neemt of binnen een redelijke termijn, die evenredig is met de aard van het risico, terugroept.
(1) Stellt ein Mitgliedstaat nach einer Beurteilung gemäß Artikel 46 Absatz 1 fest, dass Fahrzeuge, Systeme, Bauteile oder selbstständige technische Einheiten ein erhebliches Risiko für die Sicherheit von Menschen darstellen oder die Umwelt oder die öffentliche Gesundheit ernsthaft gefährden, obwohl sie den für sie geltenden Anforderungen entsprechen oder ordnungsgemäß gekennzeichnet sind, fordert er den betroffenen Wirtschaftsakteur dazu auf, alle geeigneten Maßnahmen zu ergreifen, um dafür zu sorgen, dass das/die betreffende Fahrzeug, System, Bauteil oder selbstständige technische Einheit beim Inverkehrbringen, bei der Zulassung oder nach der Inbetriebnahme kein solches Risiko mehr darstellt oder dass es/sie innerhalb einer der Art des Risikos angemessenen, vertretbaren Frist vom Markt genommen oder zurückgerufen wird.

13. herhaalt dat de EU eraan hecht Afghanistan hoog op de politieke agenda te houden; benadrukt het belang van adequate financiële middelen met het oog op de aanhoudende behoefte aan wederopbouw in dit land, waarbij een rechtstreeks verband bestaat met de verbetering van de veiligheidssituatie; onderstreept dat het met name nodig is steun te verlenen aan de ontwikkeling en consolidering van sterke overheidsinstellingen, de sociaal-economische en culturele ontwikkeling van het land, de ontwapening van particuliere milities en de bestrijding van de teelt van en de handel in verdovende middelen; verlangt naar behoren te worden ingelicht over alle aspecten van het engagement van de EU voor Afghanistan, met inbegrip van de geplande EVDB-missie;
13. bekräftigt das Engagement der EU, Afghanistan auf der politischen Agenda weiterhin Vorrang einzuräumen; unterstreicht, wie wichtig eine angemessene Finanzierung in Anbetracht der fortbestehenden Wiederaufbauerfordernisse des Landes ist, die darüber hinaus in direktem Zusammenhang mit der Verbesserung seiner Sicherheitslage stehen; hebt hervor, dass insbesondere die Entwicklung und Konsolidierung starker staatlicher Institutionen, die wirtschaftliche, soziale und kulturelle Entwicklung des Landes, die Entwaffnung der privaten Milizen und die Bekämpfung von Drogenanbau und -handel unterstützt werden müssen; fordert, angemessen über alle Aspekte des Engagements der EU für Afghanistan, einschließlich der geplanten ESVP-Mission, unterrichtet zu werden;

9. is van mening dat in het besluit betreffende de organisatie en het functioneren van de EEAS ook moet worden bepaald dat de ambassades van de Unie in derde landen de leden van alle instellingen van de Unie zo nodig en al naar gelang de middelen waarover zij beschikken, logistieke en administratieve ondersteuning moeten bieden; gaat ervan uit dat de delegaties van de Europese Unie integraal deel zullen uitmaken van de EEAS en dat zij hun instructies krijgen van de VV/HV en onder diens toezicht staan, terwijl zij administratief tot de Commissie behoren; verlangt echter van de volgende VV/HV de toezegging, dat hij/zij de EP-Commissie buitenlandse zaken zal informeren omtrent zijn/haar benoemingen op hoge posten van de EEAS en de commissie zal toestaan hoorzittingen te houden met de kandidaten indien de commissie daartoe besluit; verlangt tevens dat de volgende VV/HV zich verbindt met het Europees Parlement opnieuw te zullen onderhandelen over het huidige Interinstitutioneel Akkoord, met name over toegang tot gevoelige informatie en andere kwesties die van belang zijn voor een soepele interinstitutionele samenwerking;
9. vertritt die Auffassung, dass im Beschluss über die Organisation und die Arbeitsweise des EAD auch festgelegt werden sollte, dass die Botschaften der Union in Drittländern nach Maßgabe der ihnen zur Verfügung stehenden Ressourcen den Mitgliedern aller Organe und Institutionen der Union bei Bedarf logistische und verwaltungstechnische Unterstützung gewähren müssen; stellt fest, dass die Vertretungen der Europäischen Union fester Bestandteil des EAD sein werden und ihre Anweisungen vom Vizepräsidenten und Hohen Vertreter erhalten, dessen Aufsicht unterstehen und administrativ der Kommission angehören sollen, fordert aber den nächsten Vizepräsidenten und Hohen Vertreter auf, sich zu verpflichten, den Ausschuss für auswärtige Angelegenheiten des Parlaments über seine Ernennungen für leitende Stellen beim EAD zu unterrichten und sich damit einverstanden zu erklären, dass der Ausschuss Anhörungen mit den Kandidaten durchführt, falls er dies beschließt; fordert den nächsten Vizepräsidenten und Hohen Vertreter ferner auf, sich zu verpflichten, die derzeitige Interinstitutionelle Vereinbarung mit dem Europäischen Parlament neu auszuhandeln, insbesondere im Hinblick auf den Zugang zu sicherheitsrelevanten Informationen und auf andere für eine reibungslose interinstitutionelle Zusammenarbeit maßgebliche Fragen;

Na voltooiing van de validatie van de detectiemethode stelt het CRL de aanvrager schriftelijk in kennis van de daadwerkelijke en naar behoren gemotiveerde kosten die bij de uitvoering van de validatie van de detectiemethode zijn gemaakt en verlangt het de betaling van de verschuldigde bijdrage overeenkomstig artikel 3, lid 3.
Nach Abschluss der Validierung der Nachweismethode teilt das GRL dem Antragsteller die tatsächlich geschuldeten, nachweislich entstandenen Kosten für die Durchführung der Validierung schriftlich mit und fordert ihn zur Zahlung des Kostenbeitrags gemäß Artikel 3 Absatz 3 auf.