(7) Voor de derde optie geldt de voorwaarde dat de eigenaar of de in punt II. 1 bedoelde natuurlijke persoon op verzoek van de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de onder b) bedoelde controles, een verklaring overlegt die aangeeft dat de dieren niet in contact zijn gekomen met dieren van soorten die vatbaar zijn voor rabiës en dat zij het vervoermiddel of het terrein van een internationale luchthaven tijdens de doorvoer door een gebied of derde land dat niet is opgenomen in de lijst van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 577/2013, niet verlaten.
(7) Die dritte Option setzt voraus, dass der Besitzer oder die natürliche Person gemäß Nummer II. 1 auf Anfrage der für die unter Buchstabe b genannten Kontrollen zuständigen Behörden eine Erklärung dahingehend vorlegt, dass die Tiere bei der Durchfuhr durch ein Gebiet oder Drittland, das nicht in Anhang II der Durchführungsverordnung (EU) Nr. 577/2013 gelistet ist, keinen Kontakt mit Tieren für Tollwut empfänglicher Arten hatten und ein gesichertes Transportmittel oder einen gesicherten Bereich auf dem Gelände eines internationalen Flughafens nicht verlassen.