Volgens de Ministerraad moeten aan die bijzondere voorrechten en de erkenning door de overheid bepaalde controlemaatregelen en voorwaarden beantwoorden, « teneinde te vermijden dat laakbare praktijken van die erkende verenigingen - via hun betrokkenheid bij de organisatie en de werking van de overheidsdiensten - negatief op de werking van die diensten afstralen ».
Der Ministerrat behauptet, diese besonderen Vorrechte und die Anerkennung durch die öffentliche Hand müssten mit bestimmten Kontrollmassnahmen und Bedingungen verknüpft werden, « damit vermieden wird, dass tadelnswerte Praktiken dieser anerkannten Vereinigungen - durch ihre Beteiligung an der Organisation und am Funktionieren der öffentlichen Dienste - sich negativ auf das Funktionieren dieser Dienste auswirken ».