14. bevestigt andermaal dat, ondanks het recht van Iran om kernenergie voor vreedzame doeleinden te ontwikkelen op grond van de non-proliferatieregeling het gevaar van verspreiding van kernwapens als gevolg van het Iraanse nucleaire programma, voor de EU en de internationale gemeenschap aanleiding blijft tot ernstige verontrusting, zoals zeer duidelijk wordt geformuleerd in de resoluties 1737, 1747, 1803 en 1835 van de VN-Veiligheidsraad;
14. bekräftigt ungeachtet des Rechts Irans, im Rahmen der Regeln des Nichtverbreitungssystems nukleare Energie für friedliche Zwecke zu nutzen, dass die Proliferationsrisiken des iranischen Atomprogramms der Europäischen Union und der internationalen Gemeinschaft weiterhin ernsthafte Sorgen bereiten, wie dies in den Resolutionen 1737, 1747, 1803 und 1835 des UN-Sicherheitsrates sehr deutlich zum Ausdruck kommt;