6. Een geldige bestuurderskaart wordt niet ingetrokken of geschorst, tenzij de bevoegde autoriteiten van een lidstaat vaststellen dat de kaart werd vervalst of de bestuurder een kaart gebruikt waarvan hij niet de houder is of dat de kaart werd verkregen op basis van valse verklaringen en/of vervalste documenten.
(6) Eine gültige Fahrerkarte darf nur entzogen oder ausgesetzt werden, wenn die zuständigen Behörden eines Mitgliedstaats feststellen, dass die Karte gefälscht worden ist, der Fahrer eine Karte verwendet, deren Inhaber er nicht ist, oder die Ausstellung der Karte auf der Grundlage falscher Erklärungen und/oder gefälschter Dokumente erwirkt wurde.