10. neemt met onbegrip kennis van de constatering van de Rekenkamer in de paragrafen 120 en 121 van haar Speciaal verslag nr. 10/2001 dat het zowel binnen de met de structuurfondsen belaste directoraten-generaal als tussen OLAF en de betrokken directoraten-generaal ontbreekt aan een met documentatie onderbouwd stelsel voor de gecoördineerde follow-up van de onregelmatigheden waarvan de lidstaten melding maken, en dat daarom de analyse of verdere behandeling van de gemelde gevallen ernstige vertraging oploopt of in het geheel niet plaatsvindt;
10. nimmt mit Unverständnis die Feststellung des Rechnungshofes in den Ziffern 120 und 121 seines Sonderberichts Nr. 10/2001 zur Kenntnis, dass sowohl innerhalb der einzelnen Strukturfonds-Generaldirektionen als auch zwischen OLAF und den einschlägigen Generaldirektionen ein abgestimmtes, dokumentiertes System für die Weiterverfolgung der von den Mitgliedstaaten gemeldeten Unregelmäßigkeiten fehlt und sich deshalb eine Analyse oder Weiterbehandlung der gemeldeten Fälle erheblich verzögert oder ganz unterbleibt”;