Die wet strekte met name ertoe de rechtsmiddelen ten aanzien van de beslissingen van het O.C. M.W. inzake de toekenning van maatschappelijke dienstverlening en van het bestaansminimum eenvormig te maken door de ten behoeve van de maatschappelijke dienstverlening bestaande provinciale kamers af te schaffen en alle geschillen toe te vertrouwen aan de arbeidsrechtbanken (Parl. St., Kamer, B.Z. 1991-1992, nr. 630/1, pp. 6-8).
Dieses Gesetz diente insbesondere dazu, die Rechtsmittel gegen Entscheidungen der ÖSHZen über die Gewährung von Sozialhilfe und des Existenzminimums zu vereinheitlichen, indem die für Sozialhilfe bestehenden Provinzialkammern abgeschafft und die gesamten Streitsachen den Arbeitsgerichten anvertraut wurden (Parl. Dok., Kammer, Sondersitzungsperiode 1991-1992, Nr. 630/1, SS. 6-8).