Uit de motieven van de verwijzingsbeslissing blijkt dat het geschil betrekking heeft op de terugbetaling van bedrijfsvoorheffingen die de verwerende partij voor de verwijzende rechter, belastingschuldige volgens artikel 270 van het WIB 1992, aan de Belgische Staat heeft betaald en die zijn ingehouden op bezoldigingen die zijn uitgekeerd op grond van een later ontbonden arbeidsovereenkomst, zonder dat die het voorwerp hebben uitgemaakt van een inkohiering door de diensten van de Belgische Staat.
Aus der Begründung der Vorlageentscheidung geht hervor, dass die Streitsache sich auf die Erstattung von Berufssteuervorabzügen bezieht, die durch die beklagte Partei vor dem vorlegenden Richter als Steuerschuldner gemäß Artikel 270 des EStGB 1992 an den belgischen Staat gezahlt worden sind und von den Entlohnungen einbehalten wurden, die aufgrund eines nachher aufgelösten Arbeitsvertrags gezahlt wurden, ohne dass sie durch die Dienste des belgischen Staats in eine Heberolle eingetragen worden wären.