3. Indien de bevoegde autoriteit de begunstigde reeds in kennis heeft gesteld van een geval van niet-naleving in de verzamelaanvraag of betalingsaanvraag of indien zij de begunstigde heeft geïnformeerd over haar voornemen een controle ter plaatse te verrichten of indien een controle ter plaatse niet-naleving aan het licht heeft gebracht, zijn wijzigingen als bedoeld in lid 1 niet toegestaan voor de landbouwpercelen waarop de niet-naleving betrekking heeft.
(3) Hat die zuständige Behörde den Begünstigten bereits auf einen Verstoß im Sammelantrag oder Zahlungsantrag hingewiesen oder ihn von ihrer Absicht unterrichtet, eine Vor-Ort-Kontrolle durchzuführen, oder wird bei einer Vor-Ort-Kontrolle ein Verstoß festgestellt, so sind Änderungen im Sinne von Absatz 1 für die von dem Verstoß betroffenen landwirtschaftlichen Parzellen nicht zulässig.