Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "verzoekende partij bekritiseert ten slotte " (Nederlands → Duits) :

De verzoekende partij bekritiseert ten slotte het verschil in behandeling dat door artikel 18bis, §§ 2 en 3, van de Elektriciteitswet zou worden teweeggebracht tussen de beheerders van gesloten industriële netten en de andere actoren uit de sector, aangezien hun de waarborg wordt ontzegd die de door de nationale regulerende instantie uitgeoefende controle uitmaakt en waaraan de bestreden bepalingen afbreuk doen door in een afwijkend statuut voor de beheerders van een gesloten industrieel net te voorzien.

Die klagende Partei bemängelt schließlich den Behandlungsunterschied, der durch Artikel 18bis §§ 2 und 3 des Elektrizitätsgesetzes zwischen den Betreibern von geschlossenen industriellen Netzen und den anderen Mitwirkenden aus dem Sektor eingeführt werde, da diesen die Garantie vorenthalten werde, die in der Kontrolle durch die nationale Regulierungsbehörde bestehe und die durch die angefochtenen Bestimmungen beeinträchtigt werde, indem ein abweichendes Statut für die Betreiber eines geschlossenen industriellen Netzes vorgesehen sei.


De verzoekende partij bekritiseert ten slotte artikel 138ter -8 van de wet van 25 juni 1992, omdat die bepaling aan het Opvolgingsbureau voor de tarifering de bevoegdheid verleent om algemene en bijzondere polisvoorwaarden voor schuldsaldoverzekeringen vast te stellen, waardoor de verzekeraars niet langer vrij zouden kunnen bepalen onder welke voorwaarden en premies zij hun diensten aanbieden.

Die klagende Partei übt schliesslich Kritik an Artikel 138ter -8 des Gesetzes vom 25. Juni 1992, weil diese Bestimmung dem Tarifierungsbegleitbüro die Befugnis erteile, allgemeine und besondere Policenbedingungen für Restschuldversicherungen festzulegen, so dass die Versicherer nicht mehr frei bestimmen könnten, zu welchen Bedingungen und Prämien sie ihre Dienste anböten.


De verzoekende partij bekritiseert artikel 73, 1°, van de bestreden wet in die zin dat het de uit bloed bereide geneesmiddelen bepaalt die de albumines vormen die in aanmerking komen voor deelname aan het systeem sui generis van artikel 20/1 van de wet betreffende bloed en bloedderivaten, zoals ingevoegd bij artikel 68 van de wet van 10 april 2014 houdende diverse bepalingen inzake gezondheid, waarbij het uitsluitend de benaming « Albumine 4 % -oplossing voor intraveneuze toediening » beoogt, wat alleen kan overeenstemmen met één enkele specialiteit die door de cvba « Centrale Afdeling voor Fractionering van het Rode Kruis » (hierna : « ...[+++]

Die klagende Partei bemängelt, dass Artikel 73 Nr. 1 des angefochtenen Gesetzes die aus Blut zubereiteten Arzneimittel, die Albumine darstellten, die zugelassen seien, um zum System sui generis von Artikel 20/1 des Gesetzes über Blut und Blutderivate, eingefügt durch Artikel 68 des Gesetzes vom 10. April 2014 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen im Bereich Gesundheit, beizutragen, in dem Sinne festlege, dass er ausschließlich die Bezeichnung « Albumin 4 Prozent Lösung zur intravenösen Verabreichung » bezwecke, was nur einer Spezialität entsprechen könne, die von der « Zentrale Fraktionierungsabteilung des ...[+++]


3. De lidstaat van de verzoekende partij blijft ten opzichte van de lidstaat van de aangezochte partij aansprakelijk voor de kosten en mogelijke verliezen welke het gevolg zijn van vorderingen die niet gerechtvaardigd zijn bevonden wat de gegrondheid van de schuldvordering of de geldigheid van de door de verzoekende partij afgegeven titel betreft.

(3) Der Mitgliedstaat der ersuchenden Partei bleibt gegenüber dem Mitgliedstaat der ersuchten Partei für jegliche Kosten und Verluste haftbar, die durch Maßnahmen entstehen, die hinsichtlich der Begründetheit der Forderung oder der Gültigkeit des von der ersuchenden Partei ausgestellten Titels als nicht gerechtfertigt befunden werden.


De verzoekende partijen voeren ten slotte aan dat de bestreden bepalingen het recht op een eerlijk proces en het gelijkheidsbeginsel schenden doordat niet is bepaald op welke wijze om de eerste toestemming van de geadresseerde tot betekening op het adres van elektronische woonstkeuze wordt verzocht bij gebrek aan een elektronisch adres en bij gebrek aan een lijst van adressen van elektronische woonstkeuze die immers pas kan worden opgemaakt zodra de geadresseerde zijn eerste toestemming heeft gegeven.

Die klagenden Parteien führen schließlich an, dass die angefochtenen Bestimmungen gegen das Recht auf ein faires Verfahren und den Gleichheitsgrundsatz verstießen, indem nicht festgelegt sei, auf welche Weise um das erste Einverständnis des Adressaten zur Zustellung an der Adresse der elektronischen Wohnsitzwahl gebeten werde in Ermangelung einer elektronischen Adresse und in Ermangelung einer Liste von Adressen der elektronischen Wohnsitzwahl, die nämlich erst erstellt werden könne, sobald der Adressat sein erstes Einverständnis erte ...[+++]


De verzoekende partij voert ten slotte aan dat de tijd tussen de bekendmaking van de bestreden bepaling en de inwerkingtreding ervan korter is dan de termijn waarbinnen een beroep tot vernietiging van die bepaling dient te worden ingesteld.

Die klagende Partei führt schließlich an, dass die Zeit zwischen der Veröffentlichung der angefochtenen Bestimmung und ihrem Inkrafttreten kürzer sei als die Frist, in der eine Nichtigkeitsklage gegen diese Bestimmung eingereicht werden müsse.


De verzoekende partij verwijt artikel 13 van het bestreden decreet ten slotte de studenten te discrimineren die zijn geslaagd voor hun verminderingsovereenkomst, aangezien zij op dezelfde manier worden behandeld als de studenten die niet zijn geslaagd voor de cursussen waarin hun verminderingsovereenkomst voorziet.

Die klagende Partei bemängelt, dass Artikel 13 des angefochtenen Dekrets schließlich die Studierenden diskriminiere, die ihre Entlastungsvereinbarung bestanden hätten, da sie auf die gleiche Weise behandelt würden wie die Studierenden, die die in ihrer Entlastungsvereinbarung vorgesehenen Unterrichte nicht bestanden hätten.


In zoverre het begrip « voertuig » in de bestreden bepaling een loutere omzetting zou zijn van hetzelfde begrip in de richtlijn 1999/62/EG, vraagt de verzoekende partij ten slotte dat het Hof een prejudiciële vraag zou stellen aan het Hof van Justitie over de verenigbaarheid van de betrokken richtlijnbepaling met het unierechtelijke gelijkheidsbeginsel.

Insofern der Begriff « Fahrzeug » in der angefochtenen Bestimmung lediglich eine Umsetzung desselben Begriffs in der Richtlinie 1999/62/EG sei, beantragt die klagende Partei schließlich, dass der Gerichtshof dem Europäischen Gerichtshof eine Vorabentscheidungsfrage zur Vereinbarkeit der betreffenden Richtlinienbestimmung mit dem unionsrechtlichen Gleichheitsgrundsatz stellen solle.


De verzoekende partij klaagt ten slotte aan dat artikel 9, § 1, vijfde en zesde lid, van het bestreden decreet in een enige werkingsvergunning voorziet voor alle inrichtingen die zorgen moeten verstrekken of bejaarde personen moeten huisvesten, hetgeen, volgens haar, de grote voorzieningen zou bevoordelen en hetgeen aldus in strijd zou zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 49 en 56 van het VWEU.

Die klagende Partei bemängelt schliesslich, dass Artikel 9 § 1 Absätze 5 und 6 des angefochtenen Dekrets eine einheitliche Betriebszulassung für alle mit der Erteilung von Pflegeleistungen oder mit der Unterbringungen von Senioren beauftragten Einrichtungen vorsehe, was ihrer Auffassung nach grosse Strukturen begünstige und somit im Widerspruch zu den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 49 und 56 des AEUV, stehe.


De verzoekende partij voert ten slotte, in een vierde middel, aan dat de wet van 7 april 1999, in verscheidene van de bepalingen ervan, de werknemers en de werkgevers die door een P.W.A.-arbeidsovereenkomst zijn verbonden, zou discrimineren ten opzichte van respectievelijk de werknemers en de werkgevers die door een gewone arbeidsovereenkomst zijn verbonden, onderworpen aan de wet van 3 juli 1978.

Die klagende Partei führt schliesslich in einem vierten Klagegrund an, dass das Gesetz vom 7. April 1999 in mehreren Bestimmungen die durch einen LBA-Arbeitsvertrag gebundenen Arbeitnehmer und Arbeitgeber diskriminiere im Verhältnis zu den Arbeitnehmern beziehungsweise Arbeitgebern, die durch einen dem Gesetz vom 3. Juli 1978 unterliegenden gewöhnlichen Arbeitsvertrag gebunden seien.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'verzoekende partij bekritiseert ten slotte' ->

Date index: 2023-10-31
w