Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «verzoekende partijen kennis ervan » (Néerlandais → Allemand) :

Hoewel het juist is dat die beslissingen niet in het Belgisch Staatsblad zijn bekendgemaakt, zijn het decreet van 9 juli 2010 en het besluit van 10 december 2010 wel in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt, zodat de verzoekende partijen kennis ervan konden nemen.

Obwohl es stimmt, dass diese Beschlüsse nicht im Belgischen Staatsblatt veröffentlicht wurden, sind das Dekret vom 9. Juli 2010 und der Erlass vom 10. Dezember 2010 wohl im Belgischen Staatsblatt veröffentlicht worden, so dass die klagenden Parteien sie zur Kenntnis nehmen konnten.


De verzoekende partijen gaan ervan uit dat artikel 3 van de bestreden ordonnantie van 3 april 2014 een aanzienlijke achteruitgang van de bescherming van het leefmilieu ten opzichte van de voormelde ordonnantie van 1 maart 2007 inhoudt die niet wordt verantwoord door het bestaan van dwingende redenen van algemeen belang, noch door nieuwe wetenschappelijke studies waarin onomstotelijk wordt besloten dat de toegestane niveaus van elektromagnetische stralingen onschadelijk zijn.

Die klagenden Parteien gehen davon aus, dass Artikel 3 der angefochtenen Ordonnanz vom 3. April 2014 einen erheblichen Rückschritt des Umweltschutzes im Vergleich zu der vorerwähnten Ordonnanz vom 1. März 2007 beinhalte, der weder durch das Bestehen von zwingenden Gründen des Allgemeininteresses, noch durch neue wissenschaftliche Studien gerechtfertigt werde, in denen beweiskräftig geschlussfolgert werde, dass die erlaubten Niveaus an elektromagnetischen Strahlungen unschädlich seien.


De verzoekende partijen gaan ervan uit dat de bestreden repartitiebijdrage in werkelijkheid winsten beoogt die in de loop van het jaar 2007 zijn gerealiseerd (eerste middel in de zaken nrs. 5685 en 5686), dat zij ertoe leidt de versnelde afschrijvingen die in de loop van de periode van 1976 tot 2006 zijn aanvaard, te verwerpen (derde middel in de zaak nr. 5663) en dat zij in werkelijkheid overwinsten belast die in 2011 en niet in 2012 zijn gerealiseerd (vierde middel in de zaak nr. 5663).

Die klagenden Parteien sind der Auffassung, dass der angefochtene Verteilungsbeitrag in Wirklichkeit Gewinne betreffe, die im Laufe des Jahres 2007 erzielt worden seien (erster Klagegrund in den Rechtssachen Nrn. 5685 und 5686), dass er dazu führe, die während des Zeitraums von 1976 bis 2006 erlaubte Beschleunigung der Abschreibungen abzulehnen (dritter Klagegrund in der Rechtssache Nr. 5663) und dass damit in Wirklichkeit die 2011 und nicht die 2012 erzielten Überprofite besteuert würden (vierter Klagegrund in der Rechtssache Nr. 5663).


De verzoekende partijen gaan ervan uit dat artikel 6, § 1, 4°, van het decreet van 20 april 2012, door het verkrijgen van de verplichte vergunning om kinderopvang in de Vlaamse Gemeenschap te organiseren afhankelijk te stellen van de actieve kennis van het Nederlands bij de verantwoordelijke en bij één kinderbegeleider, een beperking in het leven roept van de vrijheid van verkeer van werknemers en van de vrijheid van vestiging die onverenigbaar is met het recht van de Europese Unie, en een dis ...[+++]

Die klagenden Parteien sind der Auffassung, dass Artikel 6 § 1 Nr. 4 des Dekrets vom 20. April 2012 dadurch, dass die Erlangung der verpflichtenden Genehmigung zur Organisierung der Kinderbetreuung in der Gemeinschaft von der aktiven Kenntnis der niederländischen Sprache auf Seiten des Verantwortlichen und eines Kinderbetreuers abhängig gemacht werde, eine Einschränkung der Freizügigkeit der Arbeitnehmer und der Niederlassungsfreiheit herbeiführe, die nicht mit dem Recht der Europäischen Union vereinbar sei und eine Diskriminierung a ...[+++]


Vermits van de conclusies van de verslaggevers te dezen aan de verzoekende partijen kennis werd gegeven op 13 februari 2014, is de op 3 maart 2014 ingediende tweede memorie met verantwoording niet ontvankelijk.

Da die Schlussfolgerungen der referierenden Richter im vorliegenden Fall den klagenden Parteien am 13. Februar 2014 notifiziert worden sind, ist der am 3. März 2014 eingereichte zweite Begründungsschriftsatz unzulässig.


In tegenstelling tot wat de verzoekende partijen beweren, kan daaruit niet worden afgeleid dat van de leden van het Controleorgaan niet wordt vereist dat zij kennis hebben van de regels die, in het kader van de politionele gegevensverwerking, de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer waarborgen.

Im Gegensatz zu dem, was die klagenden Parteien anführen, kann daraus nicht abgeleitet werden, dass von den Mitgliedern des Kontrollorgans nicht verlangt würde, Kenntnis von den Regeln zu haben, die im Rahmen der polizeilichen Datenverarbeitung die Achtung des Privatlebens gewährleisten.


In het derde middel voeren de verzoekende partijen een schending aan van het respect voor het zakengeheim van een rechtspersoon, zoals gewaarborgd bij artikel 22 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, met artikel 339 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met de artikelen 4 en 41, lid 2, b), van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en met artikel 17 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, doordat de bestreden bepalingen het Agentschap, dat een potentiële concurrent is, de bevoegdheid ...[+++]

Im dritten Klagegrund führen die klagenden Parteien einen Verstoß gegen die Einhaltung des Geschäftsgeheimnisses einer juristischen Person an, so wie es gewährleistet werde durch Artikel 22 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 8 der Europäischen Menschenrechtskonvention, mit Artikel 339 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union, mit den Artikeln 4 und 41 Nr. 2 Buchstabe b der Charta der Grundrechte der Europäischen Union und mit Artikel 17 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte, indem dur ...[+++]


In het tweede onderdeel van het eerste middel voeren de verzoekende partijen, onder meer, aan dat artikel 44/11/4, § 1, van de wet op het politieambt, zoals ingevoegd bij artikel 27 van de bestreden wet, niet bestaanbaar is met de in B.7 vermelde referentienormen, doordat niet is voorzien in waarborgen ter voorkoming van een ongeoorloofde toegang tot persoonsgegevens tijdens de doorzending ervan.

Im zweiten Teil des ersten Klagegrunds führen die klagenden Parteien unter anderem an, dass Artikel 44/11/4 § 1 des Gesetzes über das Polizeiamt, eingefügt durch Artikel 27 des angefochtenen Gesetzes, nicht vereinbar sei mit den in B.7 angeführten Referenznormen, da keine Garantien zur Vermeidung eines unerlaubten Zugriffs auf personenbezogene Daten während deren Übermittlung vorgesehen seien.


In zoverre de verzoekende partijen, ter ondersteuning van hun argumentatie, de richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens aanvoeren, dient te worden vastgesteld dat de bepalingen van die richtlijn, krachtens artikel 3 ervan, niet toepasselijk zijn op de verwerking van persoonsgegevens voor doeleinden die verband houden met de wette ...[+++]

Insofern die klagenden Parteien zur Untermauerung ihrer Argumentation die Richtlinie 95/46/EG des Europäischen Parlaments und des Rates vom 24. Oktober 1995 zum Schutz natürlicher Personen bei der Verarbeitung personenbezogener Daten und zum freien Datenverkehr anführen, ist festzustellen, dass die Bestimmungen dieser Richtlinie aufgrund ihres Artikels 3 nicht auf die Verarbeitung von personenbezogenen Daten zu Zwecken, die mit den gesetzlichen Aufträgen der Polizeidienste zusammenhängen, anwendbar sind.


Wat betreft de grief van de verzoekende partijen volgens welke om de beoogde rechtsbescherming te waarborgen een materiële wet zou zijn vereist - een louter formele wet zou niet volstaan -, meent het Hof, zoals het reeds in het arrest nr. 151/2003 heeft geoordeeld, dat het bestreden decreet de vereiste bepaling van intern recht met algemene en onpersoonlijke draagwijdte uitmaakt waarvan de verzoekende partijen kennis konden krijgen en d ...[+++]

In Bezug auf die Beschwerde der klagenden Parteien, wonach zur Gewährleistung des betreffenden Rechtsschutzes ein materielles Gesetz erforderlich sei - ein bloss formelles Gesetz reiche nicht aus -, ist der Hof der Auffassung, wie er bereits im Urteil Nr. 151/2003 festgehalten hat, dass das angefochtene Dekret die erforderliche Bestimmung des internen Rechts von allgemeiner und unpersönlicher Tragweite darstellt, die die klagenden Parteien zur Kenntnis nehmen konnten und die deutlich formuliert ist, so dass sie ihr Verhalten danach au ...[+++]




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'verzoekende partijen kennis ervan' ->

Date index: 2021-07-12
w