Traduction de «verzoekende partijen toestaat » (Néerlandais → Allemand) :

De bestreden regeling bevat geen overgangsbepaling die de verzoekende partijen toestaat vanaf de inwerkingtreding van de wet van 10 juli 2016 de psychotherapie, al dan niet autonoom, verder uit te oefenen.
Die angefochtene Regelung enthält keine Übergangsbestimmung, die es den klagenden Parteien erlauben würde, ab dem Inkrafttreten des Gesetzes vom 10. Juli 2016 die Psychotherapie - gegebenenfalls eigenständig - weiter auszuüben.

De verzoekende partijen betwisten de bestreden wet in zoverre zij uitsluitend de plaatselijke diensten in het Duitse taalgebied toestaat om van de kandidaten en personeelsleden, als bewijs van hun taalkennis, andere certificaten dan die welke door Selor worden uitgereikt, die door de Koning als gelijkwaardig worden beschouwd, te aanvaarden, om zich te conformeren aan het arrest van het Hof van Justitie van 5 februari 2015.
Die klagenden Parteien fechten das angefochtene Gesetz an, insofern es ausschließlich den lokalen Dienststellen des deutschen Sprachgebiets erlaubt werde, von den Bewerbern und Personalmitgliedern als Nachweis ihrer Sprachkenntnis andere Bescheinigungen als diejenigen, die durch Selor ausgestellt würden, die durch den König als gleichwertig erachtet würden, anzunehmen, um dem Urteil des Europäischen Gerichtshofes vom 5. Februar 2015 Folge zu leisten.

Ter staving van hun belang voeren de verzoekende partijen aan dat het bestreden decreet hun niet toestaat om, bij de verkoop van hun appartement en de aankoop van een nieuwbouwwoning onder het stelsel van de belasting over de toegevoegde waarde (btw), de volledige of gedeeltelijke teruggave te verkrijgen van de registratierechten die bij de aankoop van hun appartement werden betaald.
Zur Untermauerung ihres Interesses führen die klagenden Parteien an, das angefochtene Dekret erlaube es ihnen nicht, bei dem Verkauf ihres Appartements und dem Kauf einer Neubauwohnung unter Anwendung des Systems der Mehrwertsteuer (MwSt) die vollständige oder teilweise Erstattung der Registrierungsgebühren, die bei dem Kauf ihres Appartements gezahlt worden seien, zu erhalten.

Artikel 8 staat de benoeming in de graad van commissaris van politie voor de verzoekende partijen pas toe op 1 januari 2009, in tegenstelling met artikel 9, dat de benoeming voor de voormalige leden van de BOB toestaat op 1 januari 2008.
Artikel 8 ermögliche für die klagenden Parteien die Ernennung in den Dienstgrad eines Polizeikommissars erst zum 1. Januar 2009, im Gegensatz zu Artikel 9, der für die ehemaligen BSR-Mitglieder die Ernennung zum 1. Januar 2008 ermögliche.

In het eerste middel voeren de verzoekende partijen aan dat de artikelen 259novies en 259undecies van het Gerechtelijk Wetboek, gewijzigd bij de artikelen 5 en 7 van de bestreden wet, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 151, §§ 5 en 6 ervan, schenden in zoverre zij de eerste voorzitter van het Hof van Cassatie, de eerste voorzitters van de hoven en de voorzitters van de rechtbanken aan een evaluatie onderwerpen; aangezien artikel 151, § 6, van de Grondwet dat niet toestaat, wordt hun op discriminerende wijze een waarborg ontnomen die hun door de Grondwet wordt geboden, alsook het recht om hun functie in onafhankelijkheid uit te oefenen.
Im ersten Klagegrund führen die klagenden Parteien an, die Artikel 259novies und 259undecies des Gerichtsgesetzbuches, abgeändert durch die Artikel 5 und 7 des angefochtenen Gesetzes, verstiessen gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit deren Artikel 151 §§ 5 und 6, insofern sie für den Ersten Präsidenten des Kassationshofes, die Ersten Präsidenten der Gerichtshöfe und die Präsidenten der Gerichte eine Bewertung vorschrieben; da Artikel 151 § 6 der Verfassung dies nicht erlaube, werde ihnen auf diskriminierende Weise eine Garantie entzogen, die ihnen durch die Verfassung geboten werde, sowie das Recht, ihre Funktion unabhängig auszuüben.

De verzoekende partijen vorderen de vernietiging van artikel 51, § 2, tweede en derde lid, van de wet van 8 april 1965, in zoverre het de jeugdrechtbank toestaat de partijen - de minderjarige of de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen - die niet verschijnen en dit niet kunnen rechtvaardigen, te veroordelen tot een geldboete van één tot honderdvijftig euro.
Die klagenden Parteien beantragen die Nichtigerklärung von Artikel 51 § 2 Absätze 2 und 3 des Gesetzes vom 8. April 1965, insofern er es dem Jugendgericht gestatte, die Parteien - den Minderjährigen oder die Personen, die die elterliche Gewalt ausüben -, die nicht erscheinen und dies nicht rechtfertigen können, zu einer Geldbusse von einem bis hundertfünfzig Euro zu verurteilen.

De verzoekende partijen in de zaak nr. 2376 betwisten de ontvankelijkheid ratione materiae van de memorie van de Ministerraad omdat daarin de discussie betreffende de zaak nr. 2269 wordt voortgezet en wordt getracht voordeel te halen uit de samenvoeging van de twee zaken om in de tweede zaak, zonder dat enige bepaling zulks toestaat, te antwoorden op de memorie van antwoord die door de verzoekende partijen in de eerste zaak is ingediend.
Die klagenden Parteien in der Rechtssache Nr. 2376 fechten die Zulässigkeit ratione materiae des Schriftsatzes des Ministerrates an, weil in diesem Schriftsatz die Diskussion über die Rechtssache Nr. 2269 weitergeführt und versucht werde, die Verbindung der beiden Rechtssachen zu nutzen, um ausserhalb jeglicher Bestimmung, die dies erlauben würde, in der zweiten Rechtssache auf den von den klagenden Parteien in der ersten Rechtssache eingereichten Erwiderungsschriftsatz zu antworten.