De Ministerraad is van mening dat de prejudiciële vraag onontvankelijk is, aangezien daarin een vergelijking wordt gemaakt waarin één van de begrippen, namelijk de situatie van de personen die behandelingen krijgen « van enterale voeding op orale wijze toegediend », niet bestaat, aangezien de « enterale » voeding per definitie slechts via sonde zou kunnen worden toegediend.
Der Ministerrat hält die präjudizielle Frage für unzulässig, da sie einen Vergleich enthalte, in dem einer der Begriffe, nämlich die Situation der Personen, die « oral verabreichte enterale Ernährung » erhalten, nicht bestehe, weil die « enterale » Ernährung per definitionem nur über Sonde verabreicht werden könne.