1. De bevoegde instanties houden gedurende ten minste vijf jaar een register bij van de in artikel 9, lid 1, bedoelde controles, waarin zij met name de aard en de resultaten van die controles opnemen, en een register van eventuele corrigerende acties of maatregelen uit hoofde van artikel 9, lid 6.
(1) Die zuständigen Behörden bewahren mindestens fünf Jahre lang Aufzeichnungen über die Kontrollen gemäß Artikel 9 Absatz 1 auf, in denen insbesondere die Art und die Ergebnisse der Kontrollen festgehalten werden, sowie Aufzeichnungen über etwaige Abhilfemaßnahmen und sonstige Maßnahmen gemäß Artikel 9 Absatz 6.