13. benadrukt het feit dat de term „propaganda” zelden gedefinieerd wordt; vindt het beangstigend dat de mediakanalen overduidelijk aan zelfcensuur doen, burgers geïntimideerd worden en bang zijn hun mening te uiten en verenigingen en bedrijven die gebruikmaken van homovriendelijke onderscheidingstekens (zoals regenbogen), kunnen worden vervolgd;
13. weist darauf hin, dass der Begriff „Propaganda“ selten definiert wird; ist besorgt über die Tatsache, dass sich Medien demonstrativ einer Selbstzensur unterworfen haben, Bürger eingeschüchtert werden und Angst haben, ihre Meinung zu äußern, und dass Unternehmen, die schwulen- und lesbenfreundliche Insignien benutzen, wie etwa Regenbogen, verfolgt werden können;