4. In afwijking van de leden 1, 2 en 3 mag een vissersvaartuig in 2008 tijdens één visreis in gebied A en gebied B vissen en mag het alleen beginnen te vissen in een van beide gebieden wanneer het minder dan 150 kg kabeljauw aan boord heeft.
(4) Abweichend von den Absätzen 1, 2 und 3 darf ein Fischereifahrzeug im Jahr 2008 nur dann während derselben Fangreise in den Gebieten A und B fischen oder mit der Fischereitätigkeit in einem dieser Gebiete beginnen, wenn es weniger als 150 kg Dorsch an Bord hat.