22. merkt op dat de afschaffing van de visumplicht niet heeft geleid tot een stijging van het aantal asielaanvragen van burgers uit Bosnië en Herzegovina voor het Schengengebied, Bulgarije en Roemenië; prijst de autoriteiten voor de op bilateraal en multilateraal niveau ingevoerde mechanismen voor gevallen waarin afzonderlijke lidstaten geconfronteerd werden met een tijdelijke stijging van asielaanvragen;
22. stellt fest, dass die Visaliberalisierung im Schengen-Raum und in Bulgarien und Rumänien nicht zu einem Anstieg von Asylanträgen von Bürgerinnen und Bürgern aus Bosnien und Herzegowina geführt hat; begrüßt, dass die Staatsorgane Mechanismen auf bilateraler und multilateraler Ebene eingerichtet haben für Fälle, in denen einzelne Mitgliedstaaten einen vorübergehenden Anstieg von Asylanträgen verzeichnet haben;