Traduction de «vlaamse regering slechts » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

Vlaamse Regering
Flämische Regierung

Regering van de Vlaamse Gemeenschap
Regierung der Flämischen Gemeinschaft

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

De verzoekende partijen voeren aan dat de bestreden artikelen eveneens artikel 23 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 3 en 9 van het Verdrag van Aarhus, zouden schenden, omdat (1) de decreetgever zelf de essentiële elementen van de regeling zou moeten bepalen en dit niet zou mogen delegeren aan de Vlaamse Regering en (2) de decreetgever de bestaande waarborgen en rechtsbescherming niet zou mogen afbouwen, of minstens slechts mag afbouwen indien hij daarvoor een dwingende en ernstige verantwoording geeft.
Die klagenden Parteien führen an, dass die angefochtenen Artikel ebenfalls gegen Artikel 23 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 3 und 9 des Aarhus-Übereinkommens, verstießen, weil (1) der Dekretgeber selbst die wesentlichen Elemente der Regelung festlegen müsse und diese nicht der Flämischen Regierung übertragen dürfe und (2) der Dekretgeber die bestehenden Garantien und den bestehenden Rechtsschutz nicht abbauen dürfe, oder zumindest nur abbauen dürfe, wenn es dafür eine zwingende und ernsthafte Rechtfertigung gebe.

Het feit dat die toevoeging volgens de Vlaamse Regering slechts een precisering zou zijn die reeds voortvloeit uit de rechtspraak, ontneemt op zich niet het belang dat de verzoekende partijen zouden hebben bij de vernietiging van de bestreden bepaling.
Der Umstand, dass diese Ergänzung nach Darlegung der Flämischen Regierung nur eine Präzisierung sei, die sich bereits aus der Rechtsprechung ergebe, hebt an sich nicht das Interesse der klagenden Parteien an der etwaigen Nichtigerklärung der angefochtenen Bestimmung auf.

Aangezien naar het oordeel van de Vlaamse Regering zelf de aangelegenheid een bevoegdheid van twee ministers betreft (huisvesting en ruimtelijke ordening), kon de Vlaamse Regering slechts rechtsgeldig vertegenwoordigd zijn door één minister na akkoord van de andere ministers wier bevoegdheid aan de orde is.
Da die Angelegenheit nach Einschätzung der Flämischen Regierung selbst eine Zuständigkeit von zwei Ministern betreffe (Wohnungswesen und Raumordnung), habe die Flämische Regierung nur rechtsgültig durch einen einzigen Minister vertreten werden können, nachdem die anderen Minister, deren Zuständigkeit einbezogen sei, sein Einverständnis erteilt hätten.

Nu de decreetgever zelf de essentiële elementen van de sanctieregeling heeft vastgesteld en derhalve aan de Vlaamse Regering slechts de zorg heeft overgelaten om louter aanvullende regelingen uit te werken, kan het middel, afgeleid uit de schending van artikel 24, § 5, van de Grondwet, niet worden aangenomen.
Da der Dekretgeber selbst die wesentlichen Bestandteile der Sanktionsregelung festgelegt und demzufolge der Flämischen Regierung lediglich die Ausarbeitung rein ergänzender Regelungen anheimgestellt hat, kann der von einer Verletzung von Artikel 24 § 5 der Verfassung ausgehende Klagegrund nicht angenommen werden.

Volgens artikel 2 van het regeringsbesluit van 11 december 1985 kan de Vlaamse Regering slechts rechtsgeldig worden vertegenwoordigd door één minister na het akkoord van de andere bevoegde ministers.
Gemäss Artikel 2 des Regierungserlasses vom 11. Dezember 1985 könne die Flämische Regierung nur nach der Zustimmung durch die anderen zuständigen Minister durch einen einzigen Minister rechtsgültig vertreten werden.

Aangaande de ontvankelijkheid van het beroep tot vernietiging merkt de Vlaamse Regering op dat de verzoekster geen bezwaar maakt tegen de eveneens bij het decreet van 30 maart 1999 ingevoerde paragraaf 3 van artikel 78 van de gecoördineerde mediadecreten, waarbij wordt bepaald dat de Vlaamse Regering het doorgeven van een programma dat inbreuk maakt op het in artikel 78 vervatte verbod, voortaan slechts kan schorsen op voorstel van de Vlaamse Kijk- en Luisterraad.
In bezug auf die Zulässigkeit der Nichtigkeitsklage bemerkt die Flämische Regierung, dass die Klägerin keine Einwände gegen den ebenfalls durch das Dekret vom 30. März 1999 eingeführten § 3 von Artikel 78 der koordinierten Mediendekrete anführe, mit dem festgelegt werde, dass die Flämische Regierung die Ausstrahlung eines Programms, das gegen das in Artikel 78 vorgesehene Verbot verstosse, künftig nur auf Vorschlag des Flämischen Rates für Hörfunk und Fernsehen aussetzen könne.