(3) Het bewijs zoals bedoeld in punt II. 1 (bv. instapkaart, vliegticket) en in punt II. 2 (bv. ontvangstbewijs van toegang tot het evenement, bewijs van lidmaatschap), wordt op verzoek van de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de onder b) van de opmerkingen vermelde controles, ingeleverd.
(3) Die Nachweise gemäß Nummer II. 1 (z. B. Bordkarte, Flugschein) und Nummer II. 2 (z. B. Eintrittsnachweis für die Veranstaltung, Nachweis der Verbandsmitgliedschaft) sind auf Anfrage der für die unter Buchstabe b der Erläuterungen genannten Kontrollen zuständigen Behörden vorzulegen.