De verzoeker in de zaak nr. 2347 repliceert dat de scheeftrekking die voortvloeit uit de bestreden wet sterker is dan die welke werd getoetst in het arrest nr. 26/90, dat zij op organieke wijze werd vastgesteld en dat de nieuwe door de Ministerraad aangevoerde " verzachtende omstandigheid " niet voldoende gewicht heeft om de gewilde compensatie door te voeren.
Der Kläger in der Rechtssache Nr. 2347 erwidert, dass die sich aus dem angefochtenen Gesetz ergebende Verzerrung stärker sei als diejenige, die durch das Urteil Nr. 26/90 geprüft worden sei, dass sie organisierend eingeführt worden sei und dass der neue " mildernde Umstand " , den der Ministerrat anführe, nicht bedeutend genug sei, um den gewünschten Ausgleich zu schaffen.