Met het oog op de uitwisseling van informatie in verband met de misdrijven bedoeld in de artikelen 1, 2 en 3, moeten de lidstaten voldoende uitgeruste contactpunten instellen of gebruik maken van de bestaande samenwerkingsmechanismen.
Zum Zwecke des Informationsaustauschs über Straftaten nach den Artikeln 1, 2 und 3 richten die Mitgliedstaaten ausreichend ausgestattete operative Anlaufstellen ein oder nutzen bereits vorhandene Kooperationsmechanismen.