Goederen die uit een vrije zone worden gebracht of in een andere deel van het douanegebied van de Gemeenschap worden binnengebracht of onder een douaneregeling worden geplaatst, worden als niet-communautaire goederen beschouwd tenzij hun douanestatus van communautaire goederen is aangetoond middels de in artikel 158, lid 2, bedoelde verklaring of een ander statusdocument volgens de communautaire douanewetgeving.
Werden Waren aus einer Freizone in das übrige Zollgebiet der Gemeinschaft verbracht oder in ein Zollverfahren übergeführt, so gelten sie als Nichtgemeinschaftswaren, sofern ihr zollrechtlicher Status als Gemeinschaftswaren nicht durch die in Artikel 158 Absatz 2 genannte Bescheinigung oder durch ein anderes, in den zollrechtlichen Vorschriften der Gemeinschaft vorgesehenes Dokument über den Status nachgewiesen wurde.