Wat dat aangaat vervulde het gemeenschappelijk optreden van de Raad van 24 februari 1997 ter bestrijding van mensenhandel en seksuele uitbuiting van kinderen een voorbeeldfunctie. In dat optreden werd namelijk bepaald dat elke lidstaat zich verbindt tot herziening van zijn nationale wetgeving inzake de maatregelen ter bestrijding van vormen van doelbewust gedrag.
Die gemeinsame Aktion des Rates vom 24. Februar 1997 betreffend die Bekämpfung des Menschenhandels und der sexuellen Ausbeutung von Kindern, die vorsieht, daß jeder Mitgliedstaat seine innerstaatliche Gesetzgebung auf Maßnahmen bezüglich verschiedener Arten vorsätzlichen Verhaltens überprüft, ist in dieser Hinsicht beispielhaft.