De in artikel 5, § 3, van de wet voorgeschreven termijn waarbinnen de voorzitter zijn beschikking moet wijzen, namelijk in beginsel de dag van de verzoeningszitting, vormt een termijn van orde waarvan de niet-inachtneming aan geen enkele sanctie is verbonden.
Die in Artikel 5 § 3 des Gesetzes vorgeschriebene Frist, innerhalb deren der Präsident seinen Beschluss erlassen muss, nämlich grundsätzlich am Tag der Schlichtungssitzung, stellt eine Ordnungsfrist dar, deren Nichteinhaltung mit keinerlei Sanktion verbunden ist.