(h) niet-opgegeten visvoeder, faeces en dode dieren moeten in voorkomend geval zo snel mogelijk worden verwijderd om enig risico van significante milieuschade aan de kwaliteit van de watertoestand te voorkomen, het risico van ziektes tot een minimum te beperken en het aantrekken van insecten of knaagdieren te voorkomen.
(h) soweit sachgerecht werden vorhandene Fischfutterreste, Ausscheidungen und tote Tiere sofort entfernt, um keine deutliche Verschlechterung der Wasserqualität zu riskieren, Krankheitsrisiken einzuschränken und keine Insekten oder Nager anzulocken.