En volgens de rechtspraak van het Hof van Justitie met betrekking tot het Executieverdrag, waarvoor de Verordening Brussel I in de plaats is getreden, vormen dergelijke schikkingen geen "beslissingen" in de zin van artikel 25 van voornoemd Verdrag, omdat deze akten "in wezen een contractueel karakter [hebben], in die zin, dat de inhoud ervan in de eerste plaats van de wil van partijen afhangt" [129].
Nach der Rechtsprechung des Gerichtshofs zum Brüsseler Übereinkommen von 1968, das durch die Verordnung "Brüssel I" ersetzt worden ist, stellen diese Vergleiche keine "Entscheidungen" im Sinne von Artikel 25 des Übereinkommens dar, "denn Prozessvergleiche sind im Wesentlichen vertraglicher Natur, da ihr Inhalt vor allem vom Willen der Parteien bestimmt wird" [129].